Dag Stingray,
Bijgaand een stukje over de FM3A en de Nikkor 48 mm 2.8P. Een naar huidige fotografische maatstaven “Spartaanse†combinatie.
De camera
De FM3A volgde de FM2 op, een camera die zo’n 20 jaar in productie is gebleven. Kort daarvoor stopte de productie van de F3. Daarmee is de FM3A de enige nu nog geproduceerde Nikon, die volledig handmatige scherpstelling heeft. De camera wordt bovendien ook nog in Japan gemaakt. De FM3A verenigt in zich kenmerken van de FM2 en de befaamde en volgens velen veel te vroeg uit productie gehaalde FE2.
De camera heeft een elektronisch en mechanisch gestuurde sluiter. Dit is echter niet een wereldprimeur. De Pentax LX uit de jaren 80 had ook al een hybride sluiter. Maar ook de F3 kent naast de elektronisch sluitertijd sturing, twee mechanische sluitertijden. En de FE2 heeft ook twee mechanische sluitertijden: B (spreekt voor zich) en 1/250 bij uitval van de batterij (bij FE is dat 1/90). Er zijn sommige die kritisch zijn over dit dubbele sluiter concept: Ze zijn benieuwd, hoe het met deze sluiter aansturing na een paar jaar gebruik is. Mijn FM3A is nu drie kwart jaar oud. Maar goed, het concept is dus niet nieuw en eigenlijk ook niet nieuw voor Nikon.
De behuizing
De FM3A behuizing is van een silumin koper aluminium legering. De camera heeft een massa van 570 gram. De camera voelt solide aan en wordt hierin alleen overtroffen door een oude FT of F2. Met een FT of F2 kun je bij wijze van spreken een spijker in de muur slaan (“don’t try this at homeâ€)!
Uiterlijk onderscheid de FM3A zich op een aantal punten van de FM2 en FE2. Zo is de zoeker kap puntiger dan bij de FM2 en FE2 (zie foto). Vergeleken met de FM2 zijn er drie knoppen bijgekomen. Aan de voorzijde bevindt zich naast de lens-ontkoppelingspal een compensatie knop waarmee bij DDL (of TTL) flitsen de flits een stop zwakker kan worden gemaakt. Aan de achterzijde is er een filmvenster en een knop om de sluitertijd te fixeren (AE-L = auto exposure lock). En aan de bovenzijde is een knop voor belichtingscompensatie en het instellen van de film gevoeligheid zoals bij de FE/FE2. De belichtingscompensatie werkt alleen in “auto exposure†stand (A op draaischijf).
Door de hendel voor het terugwikkelen van de film op te tillen opent de achterwand (er is geen extra vergrendeling). Binnenin vallen de sensoren voor DX filmcodering op.
De zoeker
De zoeker vertoont gelijkenis met de FE en FE2: aan de linkerzijde bevindt zich de indicatie voor sluitertijd (blauw) en indicator van de lichtmeting. De lichtmeting weegt het gebied binnen de 12 mm cirkel voor 60 % en de overige 40 % is verspreid op het gebied daarbuiten. Deze 60/40 weging bevalt goed (persoonlijk beter dan een 75/25 weging). Je gaat aan die manier van lichtingmeting wennen en in praktijksituaties kun je dan snel zien of je wilt overbelichten of onderbelichten.
In het schemer/donker is de lichtingsmeting moeilijk te zien. Meestal werk ik dan toch op statief en gebruik ik een losse spotmeter (zie foto).
Het zoekerbeeld is trouwens bijzonder helder: helderder dan bij de FE/FM. Het standaard Fresnel matglas (type K) heeft een deelbeeld + microprisma en is goed voor algemeen gebruik. Apart verkrijgbaar zijn (in dezelfde helderheid) een B3 matglas voor close-up fotografie en een E3 matglas met horizontale en verticale lijnen voor architectuur fotografie. Het E3 matglas is in combinatie met een PC-Nikkor eigenlijk onontbeerlijk.
De zoeker toont 93 procent van het beeld dat op de film komt. Als brildrager kun je niet in een oogopslag het totale beeld zien (zoals dat bij een F3 HP of FA wel kan). Echt storend vind ik dit - als brildrager - niet.
Andere kenmerken
Een mooie eigenschap van de FM2/FE2 is bij de FM3A behouden en dat is de mechanische zelfontspanner die een vertraging van 4 tot 10 seconde geeft en waarbij de spiegel meteen opklapt. Bij macro fotografie met sluitertijden tussen de 1/60 en 2 seconde kan dit handig zijn om elke extra trilling te vermijden. En dat is heus geen overbodige luxe om bijv. de onrust van een horloge te fotograferen. Na zo’n 10 seconde is het geheel wel redelijk uitgetrild. Het werkt plezieriger dan een opklapbare spiegel.
Zoals hier boven bij de bespreking van de behuizing is genoemd, heeft de camera DDL of TTL flitssturing. De FM2 heeft dit niet. Flitsen wordt hierdoor dus mogelijk een stukje makkelijker dan met de FM2, maar natuurlijk niet 3D zoals bijv. bij de autofocus Nikons. In automatische mode werkt de camera bij flitsen alleen met 1/250 seconde. Zelf vind ik het dan handiger om bij flitsen de sluitertijd handmatig in te stellen.
De lens
De 45 F2.8P weegt 120 gram en is 17 mm dik. Het objectief wordt geleverd met een mooi zonnekapje, waarop een speciale bijgeleverde afsluitdop past (de zonnekap kan dus op de lens blijven). De lens wordt dan iets dikker.
De 45 F2.8P bestaat uit 4 lenzen in 3 groepen (Tessar ontwerp) en heeft dus minder reflecterende oppervlakken dan de meeste lenzen. Het objectief lijkt op de oudere GN-Nikkor 45/f2.8 (ook een Tessar), maar de achterste lens is bij de 45 F2.8P groter dan bij de GN 45/f2.8. Mogelijk is ook dat de coatings wat moderner zijn. Het objectief is tevens voorzien van een CPU chip en werkt dus ook bij een Nikon die voorzien is van 3D flitssturing.
Oordeel
Het is een mooie lens. Ik maak er zelf scherpe foto’s mee en de kleur weergave is echt prachtig. De lens heeft 7 afgeronde diafragma bladen. Dit geeft samen met het eenvoudige Tessar ontwerp een prachtige weergave van het gebied dat niet in focus is. Men noemt dit ook wel “Bokehâ€. De 5 hoekjes zoals bij een manuele 50mm/f1.8 of 50mm/f2.0 zijn hier dus afwezig.
Op Internet, in tijdschriften (het Duitse tijdschrift Fotomagazine prees het met twee cijfers die dik boven de 9 lagen) lees ik over de lens veel positieve ervaringen. Bijvoorbeeld op:
http://www.naturfotograf.com/lens_norm.html
Het objectief is niet goedkoop, toegegeven. Ik heb de lens nu en ik beschouw het als een van mijn beste manuele 50 mm. Er zijn goedkopere alternatieven voor, die ook prima foto’s opleveren.
Een oude fotografische wijsheid
Vroeger werd je verteld dat als je wilde leren fotograferen je het beste met een 45 mm (of 50 of 55 mm) kon beginnen. Er zijn veel fabrikanten (Zeiss, Nikon, Leica etc.) die een mooie 50 mm maken. Voor kleinbeeld (24x36) is dan het beeld op de film of door de zoeker vrijwel hetzelfde als je zelf ziet met je eigen ogen. Je kunt je dan concentreren op het te fotograferen onderwerp, de compositie. En eenmaal eraan gewend maak je 95 % van je foto’s met een 50 mm. Je hebt eigenlijk niet meer nodig. Beroemde fotografen gebruikten vaak ook niet meer dan eenvoudige hulpmiddelen. Veel lenzen (of één zoomlens JJ) leiden alleen maar af. De meester toont zich in de beperking etc… ik kan wel doorgaan.
Het is jammer dat bij veel aanbiedingen van nieuwe camera’s geen degelijke 50 mm wordt meegeleverd maar wel allerlei zoom lenzen. Toegeven een 50 mm spreekt veel kopers niet aan. Het weerhoudt mij niet om te zeggen dat een goede 50 mm (of 45, 55 of 60 mm) toch standaard op een camera zou moeten zitten

.
Slot opmerkingen
De FM3A met de 45 mm lens maken het tot een (op)winnende combinatie. De lens is bijzonder goed en je hebt meestal nauwelijks een andere lens nodig. De flits mogelijkheden zijn met de FM3A beter dan bij zijn manuele voorgangers (de FM2 en F3). De combinatie is licht in gewicht, is voor een spiegelreflex compact en het ligt toch goed in de hand (alle knoppen zijn makkelijk te bedienen). Een prachtige camera waarvoor je eigenlijk niet een handleiding hoeft te bestuderen….binnen twee minuten weet je de weg. Geen toeters en bellen, maar pure fotografie.
En misschien wordt het later wel een collector’s item.
©AmadeusGould&EAD