Het blijft wennen dat je als "noorderling" en de Rijn en de Maas oversteekt om in het schone Limburg te geraken. Het Limburgse dialect blijft wennen. Af en toe vroeg ik om een ondertiteling. Rene Both van Feisol was totaal niet te verstaan. En wat blijkt, hij spreekt niet eens Limburgs. Hij spreekt buitenlands. En nu werk ik al jaren niet meer en m'n kennis van het buitenlands was toch behoorlijk af genomen.
Nu had ik gehoopt dat Feisol voor de groep aanwezigen wat zou vertellen over het bijzondere van Feisol. Dat gebeurde niet. Rene had een leuke beursstand opgebouwd en je mocht alles beetpakken en vragen wat je wilde.
Zelf zoek ik nog een lichtgewicht statief om een dag mee te nemen in het Openluchtmuseum, of hier om de hoek, achter een boom, op de Veluwe. Feisol valt dan op omdat ze een echte lichtgewicht hebben: de 3441S, 178 cm; minimale lengte: 43 cm - gewicht van 1,15 kg - 4 secties. De concurrentie begint pas vanaf 2 kilo. Dat scheelt een boel. Dit statief is ook binnenste buiten te draaien, je balhoofd komt dan aan de binnenkant te zitten. Zag er leuk uit. Nu heb ik niet gevraagd hoe stevig dat geheel nu was. Gewichtsbesparing kun je bereiken door smallere poten te maken, maar ook door minder lagen carbon te gebruiken. Zes lagen is gebruikelijk, en andere merken zeggen dat ze acht lagen gebruiken. Dat zegt ook niet veel. Meer lagen lijkt beter, maar over de dikte van de lagen wordt nooit wat gezegd. Je loopt dus de kans dat een te dun en daarom licht statief, een keer doormidden breekt. Gebeurd met hengels ook.
Een voordeel van Feisol is dat ze zich gewoon beperken tot het functionele statief. Geen bling bling zoals bij de Benro MeFOTO statieven. Daar wil je toch niet mee gezien worden.
Jammer vind ik dat Feisol niet in de winkel te verkrijgen is. Je kunt dus niet naar een winkel, en een Gitzo naast een Manfrotto en een Feisol zetten.
Nu kwam ik eigenlijk voor agendapunt twee, dat verhaal heb ik dan toch weer gemist.