Kent iemand 1 van deze 3 boeken over de D70 ?

[Robin]

--- removed, because I'm unable to delete my account ---

[John Sentani]

Ik ken er twee van, sterker nog ik heb er twee van.
Sinds een paar maanden heb ik een D70s en gebruik drie boeken veelvuldig, alle drie in America gekocht:



De Latern Guide is een uitgebreide handleiding met allerlei tips over de instellingen van de camera, geen boek om fotografie te leren.

De field guide D70s is minder een handleiding maar geeft tips hoe om te gaan met de D70s in allerlei situaties, sport, portret, landschap, kinderen, .....

Het boek van Scott Kelby is een standaard werk mbt digitale fotografie. Hij doet het op een vergelijkbare manier als de fieldguide maar geeft weer andere tips, deels vernieuwend, deel aanvullend. Geeft darbij soms aan hoe het bij Nikon zit en ho ebij Canon. Veel voorbeelden uit D70s (zie ook plaatje voorop )

Ik ben heel tevreden over deze boeken en raak er niet uitgelezen op.

Mocht je geen uitgebreide handleiding willen laat dan het boek van Stafford vallen.
De andere twee boeken zijn juist geen handleidingen maar geven fotografie tips (waarvan de field guide specifiek voor de D70s).

[dirk-jan boon]

He Robin, dat 5 bucks boek(zeg maar boekje) heb ik , wel duidelijk maar niet alles wordt er in behandeld alleen de meest gebruikte dingen en zo , zie het maar als een nog korterer handleiding leuk voor op vkantie als je op eens door alle prullebak legen dacht go waar is dat knopke ook al weer voor?? verder niet veel waarde aan hangen, oh ja is wel in het engels dus da'svoor sommigen een nadeel

[John Sentani]

Kijk trouwens ook eens op www.amazon.com.
Staan veel reviews van lezers.

[Gino]

Hoi Robin,

Ik heb zelf "The Digital field guide" voor de D200 van David D. Bush en dat is een geweldig boek.
Staan enorm veel tips in met uitgebreide full color documentatie.
Ik neem aan dat het boek voor de D70 hetzelfde is en is dus van harte aan te bevelen.
Succes............................

Mvg, Gino

[Robin]

--- removed, because I'm unable to delete my account ---

[John Sentani]

Goede aankoop, je zult er geen spijt van krijgen.

[valentijn86]

he tof die boeken ken ik niet.
allen jammer dat het weer in het engels is.
ik ken alleen deze boek:



alles over nikon camera en je hebt ook versie voor algemeen en voor canon.

valentijn86

[Myriad]

Robin,

Ik heb naast de Digital Field Guide en de Digital Photography Book, die ik beide zeer aanbeveel, ook (allen via Amazon):

a. The PIP Expanded Guide to the Nikon D70 (Chris Weston)
Uitgebreide, maar niet erg diepgaande handleiding over alle features.

b. Mastering your Digital SLR - How to get the most out of your digital camera (Chris Weston)
Niet specifiek D70(s), maar deze komt er wel in voor.
Vooral een met mooie foto's geïllustreerd boek, met van alles en nog wat, case studies, nabewerking met software etc.

c. Complete Guide tot the Nikon D70 (Thom Hogan)
Dit is een e-book op CD-ROM.
De 2e editie is bij voor de D70s.
De naam zegt het al: compleet.

Met name het laatste (e-)boek kan ik je van harte aanbevelen.

Zie Amazon voor ISBN etc.

[soulpic]

AA, AAA
Deze afkortingen zeggen niets over de capaciteit, maar duiden op het formaat. AA is Mignon- of penlight-formaat, AAA is het iets kleinere potloodformaat.

ADI (Advanced Distance Integration)
Dit is een Minolta flitsmeetsysteem en biedt een goede nauwkeurigheid. Bij gebruik van de 3600HS en 5600HS flitsers calculeert de camera automatisch het richtgetal voor het besturen van de DDL lichtmeting. Dit richtgetal wordt berekend op basis van een aantal criteria als de afstand tot het onderwerp, het aanwezige omgevingslicht en de (via pre-flits vastgestelde) reflectie van het onderwerp en de achtergrond. Zo wordt de flitsmeting niet beïnvloed door de helderheid van de achtergrond of het reflectievermogen van het onderwerp.

AE (Auto Exposure-bracketing)
Dit zorgt voor exact de juiste belichting. De camera maakt een foto met 3 verschillende belichtingsmodes, waarna u de beste kunt kiezen.

AF (Auto Focus)
Betekent automatisch scherpstelling. Dat wil zeggen dat afstand instellen niet meer hoeft plaats te vinden; de camera stelt zichzelf scherp (vanaf 1,5 meter) op het onderwerp dat zich midden in de zoeker bevindt. Een autofocus kan actief, passief en samengebundeld passief zijn. De precisie van de autofocus is afhankelijk van het aantal zones dat in de berekening wordt betrokken. Hoe meer zones, hoe gedetailleerder het beeld.

AF-lock
Auto Focus-lock. Een mogelijkheid van een camera om de automatische scherpstelling tijdelijk vast te zetten.

AIAF (Artificial Intelligent Auto Focus)
Betekent automatisch scherpstelling. Dat wil zeggen dat afstand instellen niet meer hoeft plaats te vinden; de camera stelt zichzelf scherp (vanaf 1,5 meter) op het onderwerp dat zich midden in de zoeker bevindt. Een autofocus kan actief, passief en samengebundeld passief zijn. De precisie van de autofocus is afhankelijk van het aantal zones dat in de berekening wordt betrokken. Hoe meer zones, hoe gedetailleerder het beeld.

AL
Asferische Lenzen. Lenzen met een niet standaard bolling. Afhankelijk van de beoogde correctie wordt de rand van de lens meer of minder afgevlakt. Zelfs bij een grote diafragmaopening worden afbeeldingsfouten dan gereduceerd. Vroeger was de productie van deze lenzen zeer kostbaar omdat er veel meer slijpgangen aan te pas kwamen. Tegenwoordig worden asferische lenzen van hoogwaardige kunststof gegoten. Moderne objectieven bevatten vaak een asferisch lenselement.

Alkaline-batterij
Een veelverkocht, goedkoop type batterij dat niet kan worden opgeladen en in een grote verscheidenheid aan elektronische apparaten wordt gebruikt.

AREA-AF
AREA-AF is een scherpstel systeem dat automatisch het onderwerp herkent op basis van meer dan 3000 gegevens, onafhankelijk van afstand en vergroting. Dit punt wordt weergegeven middels een rode LED in de zoeker om u te verzekeren van het juiste scherpstelpunt.

ASA (American Standardisation Association)
Tegenwoordig wordt de term ASA nog veel gebruikt voor het aangeven van de filmgevoeligheid, hoewel deze officieel vervangen is door de term ISO. Ook bij digitale camera's wordt deze term nog wel gebruikt om een vergelijk te maken tussen filmgevoeligheid en de lichtgevoeligheid van de digitale camera.

Asferisch oppervlak
Een lensoppervlak dat meer dan één krommingsstraal heeft. De asferische elementen compenseren het grote aantal lensafwijkingen dat vaak voorkomt bij eenvoudige lensontwerpen.

Automatische flitser
De camera registreert zelf of de flitser gebruikt moet worden of niet, afhankelijk van de lichtomstandigheden. Is er te weinig licht, dan flitst de camera automatisch. Er zijn ook camera's met ingebouwde flitser die niet automatisch werken. Deze moet men voor een flitsopname eerst aanzetten.

AVI (audio/video interleave)
Een bestandsformaat voor videobestanden. AVI, MPEG, QuickTime en RealOnePlayer zijn de meest gebruikte videotechnologieën voor het afspelen van videobestanden op PC's. In AVI zijn de beelden en geluidsgegevens door elkaar heen opgeslagen (interleaved).


B

Beeldgrootte
Niet te verwarren met bestandsgrootte. De werkelijke grootte van een afbeelding is altijd afhankelijk van twee factoren:
a) het aantal pixels of dots per cm (of inch)
b) de resolutie.
Een foto van 1000 x 1000 pixels zal, wanneer deze is ingesteld op 100 pixels per cm, een grootte hebben van 10 bij 10 centimeter. Verhoogt u de resolutie naar 200 pixels per centimeter, dan is de foto nog maar 5x5 cm. Een ander voorbeeld: Voor drukkwaliteit foto's wordt vaak de resolutie van 300 DPI gebruikt. Wilt u een foto van 10 bij 10 cm hebben, dan moet deze uit 1181 x 1181 pixels bestaan.

Beeldhoek
Zie Brandpuntsafstand.

Beeldpunten
De beeldpunten horizontaal en verticaal leveren samen - vermenigvuldigd - een totaal aantal punten of pixels op. Bestaat het totale beeld uit een miljoen pixels, dan spreken we van megapixels. Er zijn al camera's op de markt van 8 megapixels. Hoe groter het aantal pixels, hoe hoger de resolutie van een afbeelding kan worden. Een 3,4 megapixel SuperCCD kan bijvoorbeeld een 6,13 megapixel (3040 x 2016) afbeelding genereren.

Belichtingsreeks
Reeks dezelfde opnamen die onderling verschillen in belichting. Meestal zijn de intervallen 1/3 of ½ meer of minder stops dan de gemeten belichtingstijd. Hierdoor wordt de kans op een perfect belichte opname groter, en kan men kleurintensiteit, belichtingsspeelruimte etc. van de film testen.

Belichtingsspeelruimte
De speelruimte die een film heeft om schaduwdetaillering te behouden zonder dat dat detail in de hoge lichten verloren gaat.

Belichtingsspeelruimte (latitude)
De hoeveelheid over- en onderbelichting die bij een bepaalde film nog een acceptabel beeld produceert. Diafilms hebben meestal een werkbereik van maximaal +1 tot –1 stops. Kleurenfilms hebben een groter bereik van +3 tot –1 stops.

Belichtingstrap
De methode om naast een opname op de aangegeven belichtingswaarde één of meer extra opnamen te maken, die boven of onder de gemeten waarde liggen.

Belichtingswaarde
De belichtingstijddiafragma combinatie die een correcte belichting oplevert. Zo'n combinatie wordt in het engels Exposure Value (EV) genoemd.

Bestandsgrootte
De bestandsgrootte van een digitale foto is van diverse factoren afhankelijk. De belangrijkste daarvan zijn: Het aantal pixels in de foto, kleurdiepte (meestal 24 bits), het aantal kleurlagen (1 bij zwart-wit en meestal 3 bij kleurenfoto's), de eventueel gebruikte compressietechniek, de mate waarin compressie is toegepast en eventuele extra met de foto opgeslagen informatie die geen onderdeel van het beeld zijn.

Bit (Binary Digit)
De kleinste eenheid van informatie in een computer, een 1 of een 0. Een bit kan twee toestanden aangeven (uit of aan).

Bitdiepte
Het aantal bits dat per pixel wordt gebruikt om informatie op te slaan. Een bitdiepte van 1 betekent alleen zwart en wit. Voor het opslaan van grijswaarden zijn 8 bits soms voldoende, terwijl een kleurenfoto met 16,7 miljoen mogelijke kleuren een bitdiepte van 24 heeft.

BMP Bitmap bestand
Een bestandsformaat voor afbeeldingen. Deze bestandsindeling maakt geen gebruik van compressietechnieken, waardoor bitmapbestanden erg groot kunnen worden en daarmee niet erg geschikt zijn voor fotografie.

Bracketing
In de Bracketing stand kiest de camera voor een serie opnamen (naar keuze 3, 5 of 7) met verschillende belichtingen. Het belichtingsverschil per opname kan door uzelf worden ingesteld op 0.3, 0.5, 0.7 of 1.0 stop. Daardoor ontstaat een zogenaamd belichtingstrapje dat varieert van onderbelicht, via normaal, naar overbelicht. Dus is het gemakkelijker om later de best belichte opname uit te kiezen. Een heel praktisch hulpmiddel bij moeilijke lichtomstandigheden en bij het fotograferen op diamateriaal.

Brandpuntsafstand
De brandpuntsafstanden van digitale camera's kunnen niet zonder meer vergeleken worden met die van kleinbeeldcamera's. Dit is het gevolg van het feit dat de beeldchips andere afmetingen hebben dan het kleinbeeld formaat (24x36 mm). Over het algemeen zijn ze (veel) kleiner. Dit verklaart waarom een brandpuntsafstand van 7 mm dezelfde beeldhoek op kan leveren als een 35 mm lens voor een kleinbeeldcamera. Diezelfde 7 mm lens zou een grotere beeldhoek beslaan wanner de beeldchip groter zou zijn. Andersom: hoe kleiner de beeldchip, hoe kleiner de beeldhoek (meer tele-effect).



C

Camcorder
Een videocamera, eigenlijk een videocamerarecorder, in het dagelijks taalgebruik ook wel camcorder genoemd. De kwaliteit van camrecorders is zo groot, dat zij ook (semi)professioneel worden toegepast, bijv. bij reportages en oorlogsverslaggeving. Er zijn digitale videocamera’s, waarin beeld en geluid geregistreerd worden op een DV-cassette (Digital Video). Deze cassettes hebben de afmetingen 6,5 bij 4,8 bij 1,2 cm en kunnen een uur video of ca 15 GB aan informatie bevatten. Het digitale signal, dat matig (1:5) gecomprimeerd is, kan vrij eenvoudig overgebracht worden naar een computer voor verdere bewerking en montage van beeld en geluid. Voor professionele toepassingen wordt vaak een wat grotere cassette gebruikt.

CCD (Charged Coupled Device)
Waar bij analoge camera's de film zit, zit bij een digitale camera een CCD. De lichtgevoelige cellen op de CCD registreren het beeld. De kwaliteit (en prijs) van een digitale camera is in hoge mate afhankelijk van de kwaliteit van de CCD en van de hoeveelheid cellen waaruit deze bestaat (meestal tussen de twee en drie miljoen).

Cd-rom
Afkorting van Compact Disc - Read Only Memory.

CF (CompactFlash)
Veel gebruikt opslagmedium voor digitale foto’s. Het zijn kleine kaartjes, die gemakkelijk te verwisselen zijn. De CompactFlash-kaart is compatibel met de PC-kaart (vaak nog PCMCIA-kaart genoemd), maar wel een stuk kleiner. Er zijn adapters beschikbaar waarmee een CF-kaartje kan worden gelezen in een PC-kaartslot, zodat de foto’s gemakkelijk op de PC kunnen worden ingelezen. Een CompactFlash-kaartje bezit een eigen controller en is steviger dan een SmartMedia-kaart, de belangrijkste concurrerende technologie. Er bestaan twee versies: het plattere Type I en het iets dikkere Type II. De oudere type I kaarten kunnen wel in type II slots geplaatst worden, andersom niet. De kaart is goed bestand tegen temperatuurschommelingen. Hij is ook minder gevoelig voor beschadiging dan de SmartMedia kaart. Type I kan 8 tot 640 Mb opslaan, type II wel tot 4 Gb.

Close Up lens
Met deze camera's kan ook vanaf dichtbij (bv. 35 cm) gefotografeerd worden. Dit wordt ook wel macro-instelling genoemd.

CMYK (Cyan, Magenta, Yellow and Black)
Afkorting van cyaan, magenta, geel en zwart, de standaardkleuren die worden gebruikt bij vierkleurendruk. Door deze kleuren in verschillende maten met elkaar te mengen, kan het brede scala aan kleuren worden afgedrukt dat nodig is voor het reproduceren van fotografische afbeeldingen. CMYK is een subtractief kleurmodel.

Colour management system
Bij het hele proces van vastleggen, manipuleren en afdrukken van een afbeelding kunnen verschillende apparaten betrokken zijn (bijvoorbeeld een digitale camera of scanner, een computer/monitor en een printer). Voor het beheren van de kleur van de afbeelding in al deze stadia worden verschillende processen gebruikt. Een Colour Management System (zoals sRGB) is bedoeld om de kleuren in al deze stadia zo consistent mogelijk te houden.

Compact camera
Dit is het meest verkochte type kleinbeeld camera met een vaste lens. Ze zijn verkrijgbaar in allerlei uitvoeringen, van zeer eenvoudig en goedkoop, tot zeer uitgebreid
met allerlei (veelal automatische) voorzieningen en daardoor kostbaarder.

Compressie
Compressie wordt toegepast om digitale bestanden kleiner in omvang te maken. Er bestaan enorm veel verschillende compressietechnieken, met elk hun eigen toepassingsgebied en eigen sterke en zwakke punten. Ook in de digitale fotografie speelt compressie een belangrijke rol. Goede compressietechnieken leveren resultaten die niet of nauwelijks van het origineel te onderscheiden zijn. Te veel compressie (zoals bij GIF- en sterk gecomprimeerde JPEG-bestanden) levert echter een aanzienlijk kwaliteitsverlies op, maar hierdoor worden de bestanden wel zeer klein en daarmee gemakkelijk en snel te verwerken, bijvoorbeeld voor internettoepassingen. In de praktijk moet altijd een zinvolle keuze worden gemaakt tussen beeldkwaliteit en bestandsgrootte.

CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor)
Een type beeldsensor in digitale camera’s. Is eenvoudiger en goedkoper te maken dan een CCD-sensor, maar heeft meer last van ruis.

Contrast
Het verschil tussen de lichtste en donkerste delen van een beeld.

D

Data
Gegevens

Data achterwand
Deze camera's hebben de mogelijkheid om de datum mee te laten afdrukken op de foto. Op die manier wordt de datum zichtbaar op de voorkant van de foto. Soms wordt de productiedatum op de achterzijde afgedrukt.

DDL (Door De Lens)
Door de lens lichtmeting

Diafragma
Een schermpje met verstelbare opening voor het objectief van een camera of microscoop, waardoor de hoeveelheid invallend licht geregeld kan worden. Een groot diafragma gebruikt men voor kleine scherptediepte (bijvoorbeeld portret) of in donkere situaties en een klein diafragma voor een grote scherptediepte.

Digitale camera
Een digitale camera maakt elektronische opnamen, in tegenstelling tot traditionele opnamen op film. U hoeft dus ook geen film te laten ontwikkelen, maar u kunt de foto's direct vanuit de camera naar uw PC downloaden. U kunt de foto's gewoon afdrukken of ze eerst bewerken (formaat, kleur of de opname zelf wijzigen).

Digitale beeldbewerking
Een algemene term voor alle processen die te maken hebben met het vastleggen en digitaal manipuleren van afbeeldingen.

Digitaal zoomen
Functie op een digitale fotocamera om een afbeelding te vergroten (in te zoomen). De beschikbare pixels worden hierbij uitgerekt. Nadeel van deze functie is dat de kwaliteit van het beeld achteruitgaat. Beter is optische zoom, waarbij het te nemen voorwerp door een zoomobjectief van de camera 'dichterbij' wordt gehaald. Hierbij zal er geen kwaliteitsverlies van de afbeelding optreden.

Dioptrie
Eenheid voor het meten van de kracht van een lens. Dioptrieverstelling of -aanpassing op camera's betekent dat de optische zoeker kan worden ingesteld op een andere dan de standaardwaarde. Hierdoor kan een bijziend of verziend persoon de zoeker gemakkelijker gebruiken. Een lens van 2 dioptrie heeft een brandpuntsafstand van 1/2 x 1 meter = 0,5 meter.

DIVX
Compressiemethode voor digitaal filmmateriaal. Hiermee past een film op een gewone cd-rom.

DPI (Dots Per Inch)
Het aantal inktpunten per vierkante inch. 1 inch is ca. 2,6 cm. Wanneer u het aantal Dots Per Inch in een afbeelding aanpast wordt de afbeelding groter of kleiner, maar blijft de resolutie gelijk. Een foto die u omzet van 72 naar 300 DPI wordt dus kleiner, waarbij de beeldinformatie exact gelijk blijft.

DPOF (Digital Print Order Format)
Een door Canon, Kodak, Fuji en Matsushita in 1998 ontwikkelde functie die het mogelijk maakt dat direct vanuit de camera geprint kan worden. Afbeeldingen op een geheugendrager, zoals een CompactFlash-kaart, kunnen zonder tussenkomst van de digitale camera worden afgedrukt wanneer de fotoprinter beschikt over een kaartslot. Bij bekijken van opnamen in een DPOF-ondersteunende camera, kunt u de af te drukken foto's, het aantal afdrukken en een aantal andere zaken opgeven.

DV (Digital Video aansluiting)
De DV-ingang/uitgang op videorecorders is een digitale communicatiepoort voor digitale video. Deze wordt meestal gebruikt in combinatie met FireWire of iLink.

DVD (Digital Versatile Disc / Digital Video Disc)
Omdat DVD-schijven niet alleen films, maar ook geluid of andere gegevens kunnen bevatten is de term Digital Versatile Disc beter. Het systeem werd aanvankelijk echter uitgevonden voor de opslag van filmmateriaal. Vandaar dat u nog de naam Digital Video Disc nog tegen kunt komen. DVD-schijven kunnen, in tegenstelling tot cd's, aan beide kanten beschreven worden en maximaal liefst 13 GAB aan data bevatten.

DX
Deze term duidt op de automatische instelling van de filmgevoeligheid (bijvoorbeeld een 100, 200 of 400 ISO film). Alleen camera's die deze mogelijkheid hebben, stellen de filmgevoeligheid automatisch in.



E

EPS (Encapsulated PostScript)
Een standaard bestandsformaat voor tekeningen, afbeeldingen of volledig opgemaakte pagina's. Een EPS-bestand (meestal inclusief een schermvoorbeeld met lage resolutie) bevat alle gegevens die nodig zijn om het bestand op te nemen in een ander document of een andere applicatie.

EXIF (EXchangeable Image File)
Dit bestandsformaat is ontwikkeld door de Japan Electronic Industry Development Association en dient voor de opslag van extra informatie in een grafisch bestand. EXIF-informatie bestaat vooral uit camera- en opnamegegevens (zoals de sluitertijd en het diafragma ten tijde van de opname). De informatie wordt opgeslagen in de 'header' van een JPEG-afbeelding en is met behulp van speciale software leesbaar te maken.

Exposure Value (EV)
Dit betekent lichtwaarde. Berekening van belichting voor camera's waar diafragma en sluitertijd aan elkaar zijn gekoppeld.

Extern geheugen
Opslagmedium. Bijv: harde schijf, diskette.


F

F-getal
Een schaal van getallen die de grootte van het diafragma aangeven, bijvoorbeeld F2.8, F4, F5.6, F8 etc. Een aantal stapjes van een diafragmagetal naar een andere wordt ook wel stops genoemd. Het getal is afgeleid van de lensopening. Hoe groter het F-getal, hoe kleiner de opening en hoe minder licht er op de film valt. Zie ook: scherptediepte, diafragma.

Filter
Bij fotograferen kunt u een filter aanbrengen op de lens van een camera om een speciaal effect te krijgen. Op basis hiervan is er een groot scala aan digitale hulpmiddelen voor manipulatie ontwikkeld die ook filters worden genoemd. Met digitale filters kunt u afbeeldingen scherper maken of vervormen, of speciale effecten toevoegen zoals vervaging of verschillende kleurdichtheden. Filters horen tot de elementaire hulpmiddelen voor digitale beeldbewerking.

Flitserschoen
Een slede boven op de camera om een flitser in te bevestigen. Er zitten elektronische contacten in, die aangesloten worden op de contacten onder de flitser. De contacten worden gebruikt voor uitwisseling van gegevens tussen de camera en flitser en automatische flitsontlading wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.

Formaat of bestandsformaat
Een van de vele methoden voor het coderen, opslaan en weergeven van computergegevens. Bij een groot aantal bestandsformaten voor afbeeldingen zegt het suffix iets over de methode, bijvoorbeeld '.bmp', '.eps', '.jpg', '.gif' of '.tif'.

FireWire
Communicatiepoort voor computers en randapparatuur. Met FireWire is een nog hogere communicatiesnelheid haalbaar dan met USB-poorten, maar deze standaard wordt (nog) weinig gebruikt. FireWire werd speciaal voor foto- en videobewerking ontwikkeld. U vindt tegenwoordig FireWire aansluitingen op diverse computers en op diverse digitale camera's. Andere benamingen die voor FireWire gebruikt worden zijn iLink en IEEE 1394.

Fixed Focus/Focus Free
Bij deze camera's hoeft ook geen afstand ingesteld te worden. Dankzij de groothoeklens wordt alles binnen het kader scherp gesteld mits het op minimaal 1,5 meter van de lens is.

Flitsmogelijkheden
Steeds meer camera`s hebben de mogelijkheid om de flitser bewust uit of aan te zetten. Er kan zich een situatie voordoen dat het onderwerp in de schaduw staat en u in het zonlicht. De camera vangt het zonlicht op en zal niet flitsen. Gevolg is dat de persoon die gefotografeerd is, te donker (onderbelicht) op de foto komt. U kunt dit opvangen door de flitser in te schakelen. Zo kunnen zich ook situaties voordoen waar u niet wilt flitsen; de flitser kan dan uitgeschakeld worden.

Flitssynchronisatie
Bij avondopnamen kan de flitser zo worden ingesteld, dat de hoeveelheid omgevingslicht in balans is met de flitsverlichting van het hoofdonderwerp.


G

Geheugen
Populaire aanduiding voor het interne geheugen of werkgeheugen. Dit bevat de gegevens (programma's, documenten) waarmee de pc aan het werk is.

GIF (Grafics Interlaced File)
GIF is een bestandsformaat voor afbeeldingen. De kwaliteit is eigenlijk te laag voor fotografie. GIF afbeeldingen worden wel veelvuldig gebruikt op internet, net als JPEG files. GIF files kunnen echter, in tegenstelling tot JPEG files, ook transparant zijn.


H

HAD CCD (Hole-Accumulation Diode)
Techniek ontwikkeld door Sony. Heeft een verhoogde lichtgevoeligheid en kan meer licht per pixel opnemen. Met deze sensor kan een hogere resolutie bereikt worden, van 5 megapixel. Sony heeft ook de nóg sterkere Super HAD CCD ontwikkeld.

Histogram
Een histogram is een staafdiagram waarmee wordt aangegeven hoeveel pixels van elke licht- of toonwaarde in een opname aanwezig zijn. Op de x-as worden de toonwaarden in 256 stappen weergegeven, op de y-as het aantal pixels met een bepaalde toonwaarde. Met een dergelijke grafiek kunt u snel zien of de lichtverdeling in de opname in orde is. Bepaalde digitale camera's beschikken over een ingebouwd histogram, dat via een display bekeken kan worden voordat de opname wordt gemaakt.


I

IEEE 1394
De zgn. IEEE 1394 communicatiepoort is een FireWire aansluiting.

iLink
De iLink ingang/uitgang op videorecorders is in feite een FireWire aansluiting.

Infrarood
Meestal gebruikt voor de gegevensuitwisseling tussen een notebook en een bureaucomputer. Werkt net zo als een tv-afstandsbediening en maakt gebruik van onzichtbaar (infrarood) licht. Ook wel genoemd IrDA.

Interface
Verbinding tussen de zelfstandige onderdelen van een computer of tussen afzonderlijke apparatuur. Het is soms een apart apparaat. Een interface wordt ook wel koppeling of aansluiting genoemd. De programma's die verschillende toepassingen met elkaar verbinden worden ook interfaces genoemd. In dat geval is er sprake van een programmatuurinterface. Een interface dient om verschillen tussen componenten op te vangen.

Interpolatie
Een functie die aanwezig is op de meeste digitale camera's en die zorgt voor het automatisch invullen van 'ontbrekende' kleurgegevens. De informatie wordt afgeleid uit de kleursamenstelling van pixels in aangrenzende gebieden. Het effect is een afbeelding met een hogere resolutie dan in werkelijkheid het geval is.

Invulflits, automatische invulflits
De flitser ontbrandt zelfs indien voldoende licht aanwezig is, dit om te donkere schaduwen te voorkomen, vooral bij portretopnamen en opnamen in de volle zon.

IR-poort
Ook: infrarood oog. Ingebouwde communicatiepoort in bijvoorbeeld een PDA, laptop of printer, waarmee via infraroodgegevens kunnen worden ontvangen en verstuurd.

ISO (International Standardisation Organisation)
De term ISO staat voor de filmgevoeligheid van negatief- en diafilms. Aangezien digitale camera’s niet met films werken, vervalt ook het begrip filmgevoeligheid. Om de gebruiker toch een goed idee te geven van de lichtgevoeligheid van de camera wordt het equivalent van filmgevoeligheid nog steeds in ISO waarden uitgedrukt. Zo kan een camera een vaste instelling op 200 ISO hebben, of de mogelijkheid bieden gevoeligheid naar keuze in te stellen. Ook de CCD in de digitale camera kan met een ISO-waarde worden aangeduid. 400 ISO is vier keer lichtgevoeliger dan 100 ISO.




J

JPEG (Joint Photographers Expert Group)
Bestandsformaat voor foto's. Maakt gebruik van compressietechnieken. JPEG bestanden kunnen groot of klein zijn, afhankelijk van de mate van compressie.


K

Kbps
Afkorting van: kilobytes per seconde. Meeteenheid voor bandbreedte, oftewel de snelheid van gegevensoverdracht.

Kleurtemperatuur
De kleur van licht in graden Kelvin. Daglicht komt ongeveer overeen met 6500 ° K (Kelvin). Een gloeilamp heeft een lagere kleurtemperatuur, maar de kleur wordt omschreven als 'warmer'. Door het gebruik van filters kan de kleurtemperatuur van licht worden gewijzigd.


L

Landscape
Manier van afdrukken waarbij de lange zijde horizontaal ligt.

LCD (Liquid Chrystal Display
Beeldscherm op de camera die dienst kan doen als zoeker, de mogelijkheid biedt reeds genomen foto's te bekijken en u helpt bij het instellen van diverse functies van de camera.

LED (Light Emitting Diode)
Dit is een zuinig halfgeleiderlampje, dat wordt gebruikt in o.a. afstandsbediening en rekenmachines, maar ook in camera’s om het scherpstelpunt aan te geven.

Lens
De optische component van een camera, waarmee licht wordt gericht op de film of de CCD. Hoewel de kwaliteit van de lens vaak wordt genegeerd, is deze op een digitale camera even belangrijk als op een traditionele camera.
Berekening van belichting voor camera's waar diafragma en sluitertijd aan elkaar zijn gekoppeld.

Li-Ion batterij (Lithium Ion)
Oplaadbare batterij. Levert twee keer zoveel energie als een NiMH batterij. Is daarom ook duurder in aanschaf. De batterij heeft geen gangbare AA afmeting en heeft een eigen oplader nodig.

Lithium batterij
Niet-oplaadbare batterij. Heeft geen zelfontlading en is daarom geschikt als reservebatterij of voor een losse flitser. Is wel vrij prijzig.

M

Macrofotografie
Een andere naam voor 'close-up' fotografie. De meeste camera's kunnen niet scherpstellen als het onderwerp zich vlakbij de lens bevindt. Met een macrolens kunt u veel dichterbij komen.

mAH (MilliAmp-hours)
mAH staat voor milliampère per uur en is een maateenheid voor de hoeveelheid stroom die in een batterij kan worden opgeslagen. Hoe hoger het aantal milliampères, hoe meer stroom de batterij kan bevatten.

Magenta
Eén van de standaardkleuren die worden gebruikt bij kleurenafdrukken; maakt deel uit van het CMYK subtractieve kleurmodel.

Manipulatie
Een algemene term voor alle veranderingen die u aanbrengt in een afbeelding op uw computer. In feite doet u niets anders dan pixels veranderen of weghalen, maar in de praktijk kan dit neerkomen op het corrigeren van kleuren, bijsnijden, scherper maken, retoucheren of vervormen. Andere termen die in wezen hetzelfde aanduiden zijn beeldbewerking (image editing) en beeldverwerking (image processing).

Maskeren
Bepaalde delen van een afbeelding verbergen of verwijderen. Dit klinkt tamelijk simpel, maar in feite gaat het om één van de basisvaardigheden van digitale beeldbewerking. Nadat u een afbeelding gemaskeerd hebt, kunt u het gebied binnen of buiten het masker manipuleren. Een voorbeeld van het gebruik van maskers is het weghalen van rode ogen.

MB (Megabyte)
1024 kilobytes of 1.048.576 bytes aan digitale gegevens.

Megapixel
Als u op zoek bent naar een digitale camera, let dan op de omschrijving 'megapixel' of 'MP'. Dit wil zeggen dat de camera geschikt is voor beelden met een hoge resolutie, van minimaal 1 miljoen pixels. Is snel op weg om de standaard te worden voor alle camera's. Zie ook VGA en XGA.

Memory Stick
Door Sony ontwikkelde geheugenkaart. Deze kaarten zijn niet compatibel met andere merken.

Microdrive
Een harddisk door IBM ontwikkeld, wordt ook wel met CompactFlash type II aangeduid. Het is een medium met een hoge opslagcapaciteit, maar het verbruikt wel redelijk veel stroom en genereert wat warmte. Niet elke digitale camera met een CF type II slot kan met een Microdrive werken.

Monochroom
Het gebruik van zwart of één primaire kleur, namelijk cyaan, magenta of geel.

MPEG (Motion Picture Expert Group)
Transferformaat voor gecomprimeerde audio- en videodata. MPEG-1 wordt normaal gesproken gebruikt voor video met beeld van maximaal een kwart van de typische televisie-resolutie, MPEG-2 voor video op volledige formaat, MPEG-4 onder andere voor video met klein formaat met lagere datasnelheid en gestoorde trasnfer. Belangrijke compressiemechanismen zijn DCT en Motion Compensation. Voor audiocompressie zijn meerdere verschillende compexe 'layers' gedefinieerd. MPEG audio layer 3 is als internet-audioformaat MP3 bekend.

MultiMediaCard (MMC)
Een zeer kleine geheugenkaart, ter grootte van een postzegel. De kaart kan tot 64 Mb aan gegevens opslaan. Met een adapter kun je de kaart via de pc uitlezen.


N

Nachtmodus
Een functie op camera’s waarmee u foto’s kunt maken bij weinig licht. Foto’s maken in bijvoorbeeld de kroeg is dan geen probleem.

NiCD batterij(Nikkel Cadmium)
Het is een oplaadbaar batterij. Het cadmium is schadelijk voor het milieu en ze behouden minder lang hun elektrische lading dan de NiMH batterijen. Ook hebben ze meer last van het geheugeneffect (zie onder). Om dit te beperken moet je de batterijen helemaal ontladen en weer opladen, om minder geheugenverlies te krijgen.

NiMH batterij (Nikkel Metaal Hybride)
Het is een oplaadbaar batterij. Levert veertig procent meer energie dan een NiCD batterij en heeft weinig last van geheugeneffect. Je kan hem alleen niet een maand ongebruikt laten liggen. Dan is de batterij leeggelopen.


O

Objectief (zoom & tele)
Een objectief wordt ingedeeld naar z'n brandpuntsafstand. Objectieven met een korte brandpuntsafstand (<35> 75 mm) wordt teleobjectief genoemd: de beeldhoek is klein en het onderwerp lijkt dichterbij. Een objectief met een normale brandpuntsafstand (tussen 35 en 75 mm) heeft een normale beeldhoek (vergelijkbaar met het oog) en vertekent het beeld niet.
Objectief met een vast brandpunt
Een objectief met een vaste brandpuntsafstand heeft een vaste beeldhoek, dit in tegenstelling tot een zoomobjectief. Objectieven met een vaste brandpuntsafstand genieten de voorkeur van sommige fotografen vanwege de grotere lichtsterkte. De beelden zijn vaak contrastrijker en scherper.
Onderbelichting
Op een onderbelichte foto zijn details lastig te zien doordat bij de opname te weinig licht is gebruikt. Onderbelichting is het tegenovergestelde van overbelichting.
Onderwerpprogramma’s
Het Automatische Onderwerp Programma Selectie analyseert de omgevingsfactoren en herkent en selecteert het beste Digitale Onderwerp Programma: portret, sport & actie, landschappen, zonsondergang of nacht portret. Op het LCD scherm wordt aangegeven voor welke programmastand is gekozen. In minder specifieke situaties kiest de camera voor een geprogrammeerde automatische belichting die past bij de omgeving. Door deze functie is het niet meer nodig om zelf handmatig een programmastand te kiezen. De camera garandeert automatisch het best mogelijke resultaat.
Oogstartfunctie
Zodra de camera voor het oog wordt genomen, activeren sensoren in de handgreep en sensoren onder het zoekeroculair de automatische scherpstelling en belichting. Daardoor is de uw camera altijd direct klaar voor opname. Omdat via de oogstart functie het AF-systeem actief blijft zolang u door de zoeker kijkt, en dus zonder dat steeds de ontspanknop hoeft te worden geactiveerd, is er sprake van een vrijwel constante automatische scherpstelling, waarbij bewegende onderwerpen voortdurend scherp in beeld worden gehouden. Een belangrijk voordeel bij het vastleggen van onverwachte acties. De oogstartfunctie kan met een duidelijke schakelaar op elk gewenst moment worden in- of uitgeschakeld.
Optische zoom
Zoomen is het veranderen van de brandpuntsafstand van een objectief. Je zoomt van groothoek naar telelens en terug. Je kunt voorwerpen dichterbij halen door maximaal in te zoomen. Bij optische zoom wordt dit gedaan door een zoomobjectief van een camera. Er treedt geen kwaliteitsverlies op.
Overbelichting
Een foto is 'overbelicht' wanneer deze te bleek is en te weinig details vertoont. Dit gebeurt als er te veel licht door de lens wordt doorgelaten. Overbelichting kan ook met opzet worden toegepast om een bepaald effect te bereiken.


P

Parallax
Doordat een optische zoeker en het objectief op enige afstand van elkaar zitten, stemmen de beelden die ze vormen niet honderd procent overeen; dit verschijnsel wordt parallax of beeldverschuiving genoemd. Op korte afstanden tot het onderwerp kan dit leiden tot verkeerde beelduitsneden; de afwijking is sterker naarmate er meer wordt ingezoomd. Gebruik in dergelijke gevallen de LCD monitor om de beelduitsnede te bepalen; omdat het objectief het beeld vormt dat op de LCD monitor verschijnt treedt er geen parallax op.
Parallelle poort
Aansluitingsnorm die meestal wordt gebruikt om een printer aan te sturen. De gegevens worden via 8 lijnen parallel verzonden. In principe is via deze poort alleen maar éénrichtingsverkeer mogelijk. Via de parallelle poort worden hele bytes tegelijk uitgewisseld (1 byte is 8 bits), waardoor de communicatie snel verloopt.

Pixel
Dit is een beeldelement. Digitale afbeeldingen bestaan uit aangrenzende pixels die ieder een eigen kleur of toon hebben. Voor het oog vloeien de verschillend gekleurde pixels samen tot continue kleurtonen.
Platform
Een ander woord voor computerbesturingssysteem. Een besturingssysteem vormt een gemeenschappelijk platform voor de software. Zo zorgt dit systeem ervoor dat bestanden door verschillende programma's op dezelfde manier worden opgeslagen, zodat deze bestanden op dezelfde schijf kunnen staan. Daarnaast bevat een besturingssysteem voorzieningen om taken te verrichten die buiten bepaalde toepassingen uitgevoerd moeten worden, zoals bestanden verwijderen en kopiëren, een lijst met bestanden bekijken en een verzameling commando's vanuit een batchbestand uitvoeren. Voorbeelden van bekende platforms zijn: DOS, Windows, Linux, Unix, Apple en OS/2.
PPI (Pixels per Inch)
Het aantal pixels per vierkante inch (1 inch is ca. 2,6 cm). Deze term wordt gebruikt om aan te geven uit hoeveel pixels een bijvoorbeeld een foto, videobeeld of een computermonitor bestaat. Verwar PPI niet met DPI. DPI (Dots Per Inch) is een term die wordt gebruikt in combinatie met printers en scanners om aan te geven uit hoeveel beeldpunten per inch een afbeelding bestaat die wordt geprint of gescand.


Q


R
RAW
RAW staat voor een ruw, onbewerkt bestandsformaat dat direct afkomstig is van de beeldsensor. In feite is het een soort digitaal 'negatief'. Door middel van een bij de camera meegeleverde RAW-converter kan de digitale fotograaf op zijn of haar computer dit ruwe beeldformaat omzetten naar een bruikbare JPEG of TIFF.
Resolutie
Een term om de kwaliteit en scherpte van het beeld uit te drukken. De resolutie geeft het aantal pixels (puntjes) op het scherm weer. Hoe hoger de resolutie, hoe beter de kwaliteit van het beeld. Het wordt opgegeven als lengte x breedte of als een getal waarbij lengte en breedte zijn vermenigvuldigd en het bepaalt in belangrijke mate de scherpte van de foto.
VGA resolutie = 640x480 pixels
XVGA resolutie = 1024x768 pixels
VGA en XVGA zijn resoluties die veel worden gebruikt en zijn standaardresoluties voor computermonitors. Een foto genomen met een resolutie van 1024x768 pixels zal dan ook beeldvullend worden weergegeven op een XVGA monitor. Echt kwalitatief goede foto's, en vooral print-outs daarvan, vereisen echter hogere resoluties. De huidige maatstaf voor topkwaliteit ligt bij ca. 3,3 miljoen pixels.
RGB (Rood, Groen en Blauw)
Op een monitor wordt kleur geproduceerd door licht op het scherm te mengen. Alle kleuren die u ziet (zelfs bij de instelling 'miljoenen kleuren') worden met deze drie kleuren gemaakt. Ook digitale camera's maken gebruik van RGB voor het vastleggen van kleuren.
Richtgetal
Het richtgetal van een flitser bepaalt de lichtopbrengst en is gelijk aan het product van de afstand (flitser tot object) en het benodigde diafragma. Bij een richtgetal van 45 is een diafragma f45 nodig om op een meter afstand van het object een correct belichte opname te kunnen maken. Het richtgetal werkt met de volgende formule: richtgetal = afstand x diafragma. Richtgetallen zijn altijd gedefinieerd bij 100 ISO.
Rode ogen
Met rode ogen wordt het effect aangeduid dat optreedt in foto's waar de pupillen van de ogen een rode kleur krijgen. De rode kleur verschijnt als de pupil verwijd is. Maar ook als in een omgeving met weinig licht het flitslicht op het netvlies achter in het oog valt. Dan wordt het licht door de wijd geopende pupil weerspiegeld. (Zie ook Rode-ogen-reductie)
Rode-ogen-reductie
Veel camera’s hebben de mogelijkheid om een vermindering van rode ogen te realiseren. Let wel: het is een vermindering. Voordat de opname met flits gemaakt wordt, gaat een lampje oplichten of geeft de flitser een zogenaamde pre-flits. Gevolg hiervan is dat de pupillen kleiner worden. Hierdoor vermindert het rode ogen effect op de foto.


S
Scanner
Een apparaat voor het digitaal vastleggen van een foto of document met behulp van een serie CCD's. U kunt niet alleen afbeeldingen en andere materialen op basis van papier scannen (zogenaamd 'reflectief' scannen), maar ook transparanten, mits de scanner over een speciale transparantenadapter beschikt. Een geavanceerder (en meestal duurder) alternatief is het gebruik van een filmscanner, die speciaal is ontworpen voor dia's en 35-mm negatieven.
Schermresolutie
Afhankelijk van uw beeldscherm(grootte) en uw videokaart kunt u hogere resoluties draaien. Hoe hoger de resolutie, des te scherper het beeld.
Scherpstellen
Het objectief stelt zichzelf automatisch scherp op het object in het midden van het beeld. De minimale opnameafstand is de afstand die u minimaal moet aanhouden tussen het onderwerp en de camera om een scherp beeld te krijgen. De maximale opnameafstand is oneindig.
Scherptediepte
Een maat voor de (on)scherpte van bepaalde delen van een afbeelding. Een kleine lensopening geeft een grote scherptediepte, waarbij objecten dichtbij en verder weg van de camera nog steeds scherp zijn. Met een kleine scherptediepte kunt u extreem scherpstellen op het onderwerp, terwijl de voor- en achtergrond onscherp zijn.
Secure Digital (SD)
Een speciale versie van de MultiMediaCard die gebruik maakt van cryptografie om de data op de geheugenkaart te beveiligen.
Self-timer
Ook wel zelfontspanner genoemd. Deze term geeft aan dat een opname gemaakt kan worden met een tijdsinterval van ongeveer 10 seconden. Na het instellen op de self-timer en de ontspanknop ingedrukt te hebben, wordt de opname na ongeveer 10 seconden gemaakt. Een goede mogelijkheid om een foto van jezelf of van een groep te nemen tijdens de vakantie.
Seriële poorten
Aansluitingsnorm om gegevens over en weer te kunnen verzenden. De gegevens worden bit voor bit verzonden. Deze norm is geschikt voor zowel verzenden als ontvangen. Veel gebruikt voor modems. Via de seriële poort wordt 1 bit tegelijk verzonden of ontvangen, zodat de communicatie veel langzamer gaat dan via de parallelle poort.
Sluiter
Een sluiter is een deksel die zich tijdens de opname opent om licht door te laten. De sluitertijd wordt berekend in fracties van seconden: 1/4 s, 1/60 s, 1/1000 s, enz. De belichtingstijd is afhankelijk van de filmgevoeligheid. Bij een lange sluitertijd mag het object zich niet bewegen, omdat anders de beroemde 'bewegingsonscherpte' ontstaat.
Sluitertijd
De sluitertijd wordt berekend in fracties van seconden: 1/4 s, 1/60 s, 1/1000 s, enz.
SmartMedia
Eén van de drie belangrijkste standaarden voor verwisselbare geheugenkaarten in digitale camera's. De andere zijn CompactFlash en PCMCIA-kaarten. U kunt afbeeldingen op de kaart opslaan totdat u besluit ze naar uw computer te downloaden. Als u een reservekaart bij u hebt, hoeft u dus nooit bang te zijn dat het geheugen van de camera vol raakt. Geheugenkaarten zijn in feite de filmrolletjes van de digitale camera. Hoeveel afbeeldingen u op een verwisselbare geheugenkaart kunt opslaan is afhankelijk van de grootte van de kaart, die kan variëren van 2 MB tot 1 GB, en de instelling van de 'kwaliteit'. Meestal kunt u kiezen uit drie kwaliteitsopties (bijv. Economy, Normal en Fine). Hoe hoger de instelling, hoe meer ruimte de afbeeldingen in beslag nemen.
Spotmeting
Het meten van een zeer klein oppervlak van licht, waarbij de omringende licht- en donkerpartijen niet worden meegenomen in de meting. Slechts een klein gedeelte is daarmee correct belicht
sRGB
Een Colour Management System (ontwikkeld door Hewlett-Packard en Microsoft) voor het optimaliseren van het gebruik van kleurenafbeeldingen in het volledige creatieve proces. sRGB biedt een gemeenschappelijk formaat voor het uitwisselen van kleurgegevens tussen verschillende apparaten. Het resultaat is dat uw afdruk exact gelijk is aan de afbeelding die u op het scherm hebt bewerkt.
Spraakherkenning (Voice Recognition)
Software die het mogelijk maakt om de menselijke stem te herkennen en erop te reageren. Er zijn hierbij 2 mogelijkheden. Het herkennen van commando's gekoppeld aan een persoon en het algemeen herkennen van commando's. Het algemeen herkennen van commando's vergt erg veel software en is erg moeilijk. Het persoonsgebonden herkennen van spraak is veel eenvoudiger, maar hiervoor moet je het de computer wel eerst leren (teach in).
Spiegelreflexcamera
Dit is een camera met een verstelbaar objectief. Bij het objectief van bv. 38-120 mm kan de camera ingesteld worden op 38 mm of op 120 mm. Dit zijn de uiterste standen: 38 mm is een groothoek stand, 120mm is een telestand. Op 38 mm krijgt men veel op de foto, deze stand wordt bv. gebruikt in huiskamers wanneer er op korte afstand veel mensen op de foto moeten. Op de telestand kunt u onderwerpen dichterbij halen. Alle standen tussen 38 en 120 kunnen ook gebruikt worden bv. 90 mm of 110 mm.
Stopwaarden
Dit is een belichtingseenheid.
Subject Tracking AF
Dit scherpstelsysteem stelt de beweging van het onderwerp binnen het AF-meetgebied vast en zorgt ervoor dat de verschillende AF-kaders het onderwerp volgen en scherp houden.
SuperCCD
Techniek door Fuji ontwikkelt, waarmee meer pixels geteld kunnen worden omdat het geheel in diamantvorm is opgezet. Met deze vorm van interpolatie kunnen nog meer megapixels worden bereikt.
Systeemeisen
Digitale camera's en de bijbehorende software stellen altijd bepaalde eisen aan uw computersysteem, zoals de hoeveelheid vrije ruimte op de harde schijf, het geheugen en natuurlijk het besturingssysteem.


T

TFT (Thin Film Transistor)
Deze beeldschermtechniek werkt met vloeibare kristallen. Ze wordt vooral gebruikt met vlakke schermen zoals in laptops of PDA's. Het beeld wordt er sneller door opgebouwd. Er wordt licht geproduceerd door een achtergrondverlichting die bestaat uit kleine lichtstaafjes en een folie die het licht gelijkmatig over de oppervlakte verdeeld. Dit licht wordt door meerdere miljoenen vloeibare kristalcellen gestuurd.
Thumbnails
Kleine voorafbeeldingen van digitale beelden. Vaak ter vervanging van het pictogram voor dat bestand. Thumbnails maken het terugvinden en herkennen van foto's aanzienlijk eenvoudiger.
TIFF (Tagged Image File Format)
Een bestandsformaat dat wordt gebruikt voor de uitwisseling van digitale beelden tussen apparatuur en computers. Het TIF-formaat is populair en wordt door de meeste grafische software en besturingssystemen ondersteund. Het formaat ondersteunt zowel het CMYK als het RGB-kleurmodel. Compressie zonder verlies, en foto's met 16,7 miljoen kleuren.
U
UFB (Ultra Fine Bright)
Het UFB display is meer dan drie keer zo groot en biedt een resolutie die twee keer zo helder is dan de huidige STN-LCD (Super Twisted Nematic LCD) displays.

USB (Universal Serial Bus)
Een seriële communicatiepoort die kan worden gebruikt voor het aansluiten van randapparatuur die hiervoor geschikt is, waaronder veel digitale camera's. Dit type poort is aanmerkelijk sneller dan de gebruikelijke COM poorten.
V

VGA (Video Graphics Array)
Analoge video aanstuurtechniek met een oplossend vermogen van 640 x 480 beeldpunten. Geschikt voor 16 kleuren bij 256 KByte geheugen op de kaart. Indien er 512 KByte geheugen op de kaart aanwezig is, wordt het kleurenpallet uitgebreid tot 256 kleuren.
Soorten:
- standaard VGA
- Enhanced VGA
- Super VGA
Verschillen tussen deze soorten worden bepaald door:
- snelheid
- aantal kleuren
- maximale resolutie

W

Warme kleuren
Rood, geel, oranje en andere kleuren waarin geel of rood overheerst.

Webcamera (webcam)
Een videocamera die live op het internet is aangesloten. De beelden zijn via het internet te zien.
Witbalans
De witbalans bepaalt welke kleur als wit moet worden beschouwd. Zo is het aandeel wit in de schaduw wat blauw en die bij gloeilampen vrij geel. TL-verlichting geeft weer een groene zweem. De witbalans van de camera kan zo worden ingesteld dat deze afwijkingen worden gecorrigeerd. Veel camera's kunnen dit ook automatisch.
Witpunt
Het punt op een gradatiecurve dat overeenkomt met zuiver wit. Door het corrigeren van de witbalans kan een opname een betere, natuurgetrouwe weergave geven van de werkelijke licht- en kleuromstandigheden. Dit is nodig omdat onze ogen zich automatisch aanpassen aan verschillende lichtomstandigheden, zoals een gloeilamp of direct zonlicht. Een handmatige witbalans zorgt ervoor dat het witpunt kan worden ingesteld door een wit object, zoals een vel papier, te meten.


X

xD-Picture Card
De xD-Picture Card - xD is afgeleid van eXtreme Digital - is een door Fujifilm en Olympus ontwikkelde ultracompacte geheugenkaart. Met afmetingen van 20x25x1,7 mm en een gewicht van 2 gram is het de kleinste en lichtste van alle op dit moment verkrijgbare geheugenkaarten. De xD-picture Card is leverbaar in geheugencapaciteiten van 16, 32, 64,128, 256 en 512 MB. Kaartjes 512 MB tot maar liefst 8 GB zijn in ontwikkeling.
XGA
XGA is een term, die wordt gebruikt voor de mate van resolutie van een digitale camera en valt halverwege tussen VGA- en Megapixel-resolutie. Een camera met XGA-resolutie legt 1024 x 768 pixels vast (1024 horizontaal en 768 verticaal), wat een totaal van meer dan 780.000 pixels geeft. Zeer geschikt voor afdrukken tot ongeveer 13 x 8 cm.


Y

Z
Zelfontspanner
Deze term geeft aan dat een opname gemaakt kan worden met een tijdsinterval van ongeveer 10 seconden; na het instellen op de self-timer en de ontspanknop ingedrukt te hebben, wordt de opname na ongeveer 10 seconden gemaakt. Een goede mogelijkheid om een foto van jezelf of van een groep te nemen tijdens de vakantie.
Zoeker
Digitale camera’s hebben altijd een beeldscherm (LCD) als zoeker. Sommige camera's bieden daarnaast een optische zoeker. Digitale spiegelreflexcamera's bieden altijd een optische zoeker (die u werkelijk, via een prisma en een spiegel, door het objectief van de camera laat kijken) en een beeldscherm.
Zoomlens
Een bepaald type cameralens met een variabele, instelbare brandpuntsafstand. Hiermee kan de fotograaf 'inzoomen' op een voorwerp op afstand. In software voor digitale beeldbewerking wordt zoomen gebruikt om delen van een afbeelding in close-up te bekijken.

[Marco]

@ Soulpic: Wat is dit voor een onzin antwoord. Lees de vraag nog eens.

Als je geen zinnig antwoord op een vraag kan geven reageer dan gewoon niet !

[yoyo]

AA, AAA
Deze afkortingen zeggen niets over de capaciteit, maar duiden op het formaat. AA is Mignon- of penlight-formaat, AAA is het iets kleinere potloodformaat.

ADI (Advanced Distance Integration)
Dit is een Minolta flitsmeetsysteem en biedt een goede nauwkeurigheid. Bij gebruik van de 3600HS en 5600HS flitsers calculeert de camera automatisch het richtgetal voor het besturen van de DDL lichtmeting. Dit richtgetal wordt berekend op basis van een aantal criteria als de afstand tot het onderwerp, het aanwezige omgevingslicht en de (via pre-flits vastgestelde) reflectie van het onderwerp en de achtergrond. Zo wordt de flitsmeting niet beïnvloed door de helderheid van de achtergrond of het reflectievermogen van het onderwerp.

AE (Auto Exposure-bracketing)
Dit zorgt voor exact de juiste belichting. De camera maakt een foto met 3 verschillende belichtingsmodes, waarna u de beste kunt kiezen.

AF (Auto Focus)
Betekent automatisch scherpstelling. Dat wil zeggen dat afstand instellen niet meer hoeft plaats te vinden; de camera stelt zichzelf scherp (vanaf 1,5 meter) op het onderwerp dat zich midden in de zoeker bevindt. Een autofocus kan actief, passief en samengebundeld passief zijn. De precisie van de autofocus is afhankelijk van het aantal zones dat in de berekening wordt betrokken. Hoe meer zones, hoe gedetailleerder het beeld.

AF-lock
Auto Focus-lock. Een mogelijkheid van een camera om de automatische scherpstelling tijdelijk vast te zetten.

AIAF (Artificial Intelligent Auto Focus)
Betekent automatisch scherpstelling. Dat wil zeggen dat afstand instellen niet meer hoeft plaats te vinden; de camera stelt zichzelf scherp (vanaf 1,5 meter) op het onderwerp dat zich midden in de zoeker bevindt. Een autofocus kan actief, passief en samengebundeld passief zijn. De precisie van de autofocus is afhankelijk van het aantal zones dat in de berekening wordt betrokken. Hoe meer zones, hoe gedetailleerder het beeld.

AL
Asferische Lenzen. Lenzen met een niet standaard bolling. Afhankelijk van de beoogde correctie wordt de rand van de lens meer of minder afgevlakt. Zelfs bij een grote diafragmaopening worden afbeeldingsfouten dan gereduceerd. Vroeger was de productie van deze lenzen zeer kostbaar omdat er veel meer slijpgangen aan te pas kwamen. Tegenwoordig worden asferische lenzen van hoogwaardige kunststof gegoten. Moderne objectieven bevatten vaak een asferisch lenselement.

Alkaline-batterij
Een veelverkocht, goedkoop type batterij dat niet kan worden opgeladen en in een grote verscheidenheid aan elektronische apparaten wordt gebruikt.

AREA-AF
AREA-AF is een scherpstel systeem dat automatisch het onderwerp herkent op basis van meer dan 3000 gegevens, onafhankelijk van afstand en vergroting. Dit punt wordt weergegeven middels een rode LED in de zoeker om u te verzekeren van het juiste scherpstelpunt.

ASA (American Standardisation Association)
Tegenwoordig wordt de term ASA nog veel gebruikt voor het aangeven van de filmgevoeligheid, hoewel deze officieel vervangen is door de term ISO. Ook bij digitale camera's wordt deze term nog wel gebruikt om een vergelijk te maken tussen filmgevoeligheid en de lichtgevoeligheid van de digitale camera.

Asferisch oppervlak
Een lensoppervlak dat meer dan één krommingsstraal heeft. De asferische elementen compenseren het grote aantal lensafwijkingen dat vaak voorkomt bij eenvoudige lensontwerpen.

Automatische flitser
De camera registreert zelf of de flitser gebruikt moet worden of niet, afhankelijk van de lichtomstandigheden. Is er te weinig licht, dan flitst de camera automatisch. Er zijn ook camera's met ingebouwde flitser die niet automatisch werken. Deze moet men voor een flitsopname eerst aanzetten.

AVI (audio/video interleave)
Een bestandsformaat voor videobestanden. AVI, MPEG, QuickTime en RealOnePlayer zijn de meest gebruikte videotechnologieën voor het afspelen van videobestanden op PC's. In AVI zijn de beelden en geluidsgegevens door elkaar heen opgeslagen (interleaved).


B

Beeldgrootte
Niet te verwarren met bestandsgrootte. De werkelijke grootte van een afbeelding is altijd afhankelijk van twee factoren:
a) het aantal pixels of dots per cm (of inch)
b) de resolutie.
Een foto van 1000 x 1000 pixels zal, wanneer deze is ingesteld op 100 pixels per cm, een grootte hebben van 10 bij 10 centimeter. Verhoogt u de resolutie naar 200 pixels per centimeter, dan is de foto nog maar 5x5 cm. Een ander voorbeeld: Voor drukkwaliteit foto's wordt vaak de resolutie van 300 DPI gebruikt. Wilt u een foto van 10 bij 10 cm hebben, dan moet deze uit 1181 x 1181 pixels bestaan.

Beeldhoek
Zie Brandpuntsafstand.

Beeldpunten
De beeldpunten horizontaal en verticaal leveren samen - vermenigvuldigd - een totaal aantal punten of pixels op. Bestaat het totale beeld uit een miljoen pixels, dan spreken we van megapixels. Er zijn al camera's op de markt van 8 megapixels. Hoe groter het aantal pixels, hoe hoger de resolutie van een afbeelding kan worden. Een 3,4 megapixel SuperCCD kan bijvoorbeeld een 6,13 megapixel (3040 x 2016) afbeelding genereren.

Belichtingsreeks
Reeks dezelfde opnamen die onderling verschillen in belichting. Meestal zijn de intervallen 1/3 of ½ meer of minder stops dan de gemeten belichtingstijd. Hierdoor wordt de kans op een perfect belichte opname groter, en kan men kleurintensiteit, belichtingsspeelruimte etc. van de film testen.

Belichtingsspeelruimte
De speelruimte die een film heeft om schaduwdetaillering te behouden zonder dat dat detail in de hoge lichten verloren gaat.

Belichtingsspeelruimte (latitude)
De hoeveelheid over- en onderbelichting die bij een bepaalde film nog een acceptabel beeld produceert. Diafilms hebben meestal een werkbereik van maximaal +1 tot –1 stops. Kleurenfilms hebben een groter bereik van +3 tot –1 stops.

Belichtingstrap
De methode om naast een opname op de aangegeven belichtingswaarde één of meer extra opnamen te maken, die boven of onder de gemeten waarde liggen.

Belichtingswaarde
De belichtingstijddiafragma combinatie die een correcte belichting oplevert. Zo'n combinatie wordt in het engels Exposure Value (EV) genoemd.

Bestandsgrootte
De bestandsgrootte van een digitale foto is van diverse factoren afhankelijk. De belangrijkste daarvan zijn: Het aantal pixels in de foto, kleurdiepte (meestal 24 bits), het aantal kleurlagen (1 bij zwart-wit en meestal 3 bij kleurenfoto's), de eventueel gebruikte compressietechniek, de mate waarin compressie is toegepast en eventuele extra met de foto opgeslagen informatie die geen onderdeel van het beeld zijn.

Bit (Binary Digit)
De kleinste eenheid van informatie in een computer, een 1 of een 0. Een bit kan twee toestanden aangeven (uit of aan).

Bitdiepte
Het aantal bits dat per pixel wordt gebruikt om informatie op te slaan. Een bitdiepte van 1 betekent alleen zwart en wit. Voor het opslaan van grijswaarden zijn 8 bits soms voldoende, terwijl een kleurenfoto met 16,7 miljoen mogelijke kleuren een bitdiepte van 24 heeft.

BMP Bitmap bestand
Een bestandsformaat voor afbeeldingen. Deze bestandsindeling maakt geen gebruik van compressietechnieken, waardoor bitmapbestanden erg groot kunnen worden en daarmee niet erg geschikt zijn voor fotografie.

Bracketing
In de Bracketing stand kiest de camera voor een serie opnamen (naar keuze 3, 5 of 7) met verschillende belichtingen. Het belichtingsverschil per opname kan door uzelf worden ingesteld op 0.3, 0.5, 0.7 of 1.0 stop. Daardoor ontstaat een zogenaamd belichtingstrapje dat varieert van onderbelicht, via normaal, naar overbelicht. Dus is het gemakkelijker om later de best belichte opname uit te kiezen. Een heel praktisch hulpmiddel bij moeilijke lichtomstandigheden en bij het fotograferen op diamateriaal.

Brandpuntsafstand
De brandpuntsafstanden van digitale camera's kunnen niet zonder meer vergeleken worden met die van kleinbeeldcamera's. Dit is het gevolg van het feit dat de beeldchips andere afmetingen hebben dan het kleinbeeld formaat (24x36 mm). Over het algemeen zijn ze (veel) kleiner. Dit verklaart waarom een brandpuntsafstand van 7 mm dezelfde beeldhoek op kan leveren als een 35 mm lens voor een kleinbeeldcamera. Diezelfde 7 mm lens zou een grotere beeldhoek beslaan wanner de beeldchip groter zou zijn. Andersom: hoe kleiner de beeldchip, hoe kleiner de beeldhoek (meer tele-effect).



C

Camcorder
Een videocamera, eigenlijk een videocamerarecorder, in het dagelijks taalgebruik ook wel camcorder genoemd. De kwaliteit van camrecorders is zo groot, dat zij ook (semi)professioneel worden toegepast, bijv. bij reportages en oorlogsverslaggeving. Er zijn digitale videocamera’s, waarin beeld en geluid geregistreerd worden op een DV-cassette (Digital Video). Deze cassettes hebben de afmetingen 6,5 bij 4,8 bij 1,2 cm en kunnen een uur video of ca 15 GB aan informatie bevatten. Het digitale signal, dat matig (1:5) gecomprimeerd is, kan vrij eenvoudig overgebracht worden naar een computer voor verdere bewerking en montage van beeld en geluid. Voor professionele toepassingen wordt vaak een wat grotere cassette gebruikt.

CCD (Charged Coupled Device)
Waar bij analoge camera's de film zit, zit bij een digitale camera een CCD. De lichtgevoelige cellen op de CCD registreren het beeld. De kwaliteit (en prijs) van een digitale camera is in hoge mate afhankelijk van de kwaliteit van de CCD en van de hoeveelheid cellen waaruit deze bestaat (meestal tussen de twee en drie miljoen).

Cd-rom
Afkorting van Compact Disc - Read Only Memory.

CF (CompactFlash)
Veel gebruikt opslagmedium voor digitale foto’s. Het zijn kleine kaartjes, die gemakkelijk te verwisselen zijn. De CompactFlash-kaart is compatibel met de PC-kaart (vaak nog PCMCIA-kaart genoemd), maar wel een stuk kleiner. Er zijn adapters beschikbaar waarmee een CF-kaartje kan worden gelezen in een PC-kaartslot, zodat de foto’s gemakkelijk op de PC kunnen worden ingelezen. Een CompactFlash-kaartje bezit een eigen controller en is steviger dan een SmartMedia-kaart, de belangrijkste concurrerende technologie. Er bestaan twee versies: het plattere Type I en het iets dikkere Type II. De oudere type I kaarten kunnen wel in type II slots geplaatst worden, andersom niet. De kaart is goed bestand tegen temperatuurschommelingen. Hij is ook minder gevoelig voor beschadiging dan de SmartMedia kaart. Type I kan 8 tot 640 Mb opslaan, type II wel tot 4 Gb.

Close Up lens
Met deze camera's kan ook vanaf dichtbij (bv. 35 cm) gefotografeerd worden. Dit wordt ook wel macro-instelling genoemd.

CMYK (Cyan, Magenta, Yellow and Black)
Afkorting van cyaan, magenta, geel en zwart, de standaardkleuren die worden gebruikt bij vierkleurendruk. Door deze kleuren in verschillende maten met elkaar te mengen, kan het brede scala aan kleuren worden afgedrukt dat nodig is voor het reproduceren van fotografische afbeeldingen. CMYK is een subtractief kleurmodel.

Colour management system
Bij het hele proces van vastleggen, manipuleren en afdrukken van een afbeelding kunnen verschillende apparaten betrokken zijn (bijvoorbeeld een digitale camera of scanner, een computer/monitor en een printer). Voor het beheren van de kleur van de afbeelding in al deze stadia worden verschillende processen gebruikt. Een Colour Management System (zoals sRGB) is bedoeld om de kleuren in al deze stadia zo consistent mogelijk te houden.

Compact camera
Dit is het meest verkochte type kleinbeeld camera met een vaste lens. Ze zijn verkrijgbaar in allerlei uitvoeringen, van zeer eenvoudig en goedkoop, tot zeer uitgebreid
met allerlei (veelal automatische) voorzieningen en daardoor kostbaarder.

Compressie
Compressie wordt toegepast om digitale bestanden kleiner in omvang te maken. Er bestaan enorm veel verschillende compressietechnieken, met elk hun eigen toepassingsgebied en eigen sterke en zwakke punten. Ook in de digitale fotografie speelt compressie een belangrijke rol. Goede compressietechnieken leveren resultaten die niet of nauwelijks van het origineel te onderscheiden zijn. Te veel compressie (zoals bij GIF- en sterk gecomprimeerde JPEG-bestanden) levert echter een aanzienlijk kwaliteitsverlies op, maar hierdoor worden de bestanden wel zeer klein en daarmee gemakkelijk en snel te verwerken, bijvoorbeeld voor internettoepassingen. In de praktijk moet altijd een zinvolle keuze worden gemaakt tussen beeldkwaliteit en bestandsgrootte.

CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor)
Een type beeldsensor in digitale camera’s. Is eenvoudiger en goedkoper te maken dan een CCD-sensor, maar heeft meer last van ruis.

Contrast
Het verschil tussen de lichtste en donkerste delen van een beeld.

D

Data
Gegevens

Data achterwand
Deze camera's hebben de mogelijkheid om de datum mee te laten afdrukken op de foto. Op die manier wordt de datum zichtbaar op de voorkant van de foto. Soms wordt de productiedatum op de achterzijde afgedrukt.

DDL (Door De Lens)
Door de lens lichtmeting

Diafragma
Een schermpje met verstelbare opening voor het objectief van een camera of microscoop, waardoor de hoeveelheid invallend licht geregeld kan worden. Een groot diafragma gebruikt men voor kleine scherptediepte (bijvoorbeeld portret) of in donkere situaties en een klein diafragma voor een grote scherptediepte.

Digitale camera
Een digitale camera maakt elektronische opnamen, in tegenstelling tot traditionele opnamen op film. U hoeft dus ook geen film te laten ontwikkelen, maar u kunt de foto's direct vanuit de camera naar uw PC downloaden. U kunt de foto's gewoon afdrukken of ze eerst bewerken (formaat, kleur of de opname zelf wijzigen).

Digitale beeldbewerking
Een algemene term voor alle processen die te maken hebben met het vastleggen en digitaal manipuleren van afbeeldingen.

Digitaal zoomen
Functie op een digitale fotocamera om een afbeelding te vergroten (in te zoomen). De beschikbare pixels worden hierbij uitgerekt. Nadeel van deze functie is dat de kwaliteit van het beeld achteruitgaat. Beter is optische zoom, waarbij het te nemen voorwerp door een zoomobjectief van de camera 'dichterbij' wordt gehaald. Hierbij zal er geen kwaliteitsverlies van de afbeelding optreden.

Dioptrie
Eenheid voor het meten van de kracht van een lens. Dioptrieverstelling of -aanpassing op camera's betekent dat de optische zoeker kan worden ingesteld op een andere dan de standaardwaarde. Hierdoor kan een bijziend of verziend persoon de zoeker gemakkelijker gebruiken. Een lens van 2 dioptrie heeft een brandpuntsafstand van 1/2 x 1 meter = 0,5 meter.

DIVX
Compressiemethode voor digitaal filmmateriaal. Hiermee past een film op een gewone cd-rom.

DPI (Dots Per Inch)
Het aantal inktpunten per vierkante inch. 1 inch is ca. 2,6 cm. Wanneer u het aantal Dots Per Inch in een afbeelding aanpast wordt de afbeelding groter of kleiner, maar blijft de resolutie gelijk. Een foto die u omzet van 72 naar 300 DPI wordt dus kleiner, waarbij de beeldinformatie exact gelijk blijft.

DPOF (Digital Print Order Format)
Een door Canon, Kodak, Fuji en Matsushita in 1998 ontwikkelde functie die het mogelijk maakt dat direct vanuit de camera geprint kan worden. Afbeeldingen op een geheugendrager, zoals een CompactFlash-kaart, kunnen zonder tussenkomst van de digitale camera worden afgedrukt wanneer de fotoprinter beschikt over een kaartslot. Bij bekijken van opnamen in een DPOF-ondersteunende camera, kunt u de af te drukken foto's, het aantal afdrukken en een aantal andere zaken opgeven.

DV (Digital Video aansluiting)
De DV-ingang/uitgang op videorecorders is een digitale communicatiepoort voor digitale video. Deze wordt meestal gebruikt in combinatie met FireWire of iLink.

DVD (Digital Versatile Disc / Digital Video Disc)
Omdat DVD-schijven niet alleen films, maar ook geluid of andere gegevens kunnen bevatten is de term Digital Versatile Disc beter. Het systeem werd aanvankelijk echter uitgevonden voor de opslag van filmmateriaal. Vandaar dat u nog de naam Digital Video Disc nog tegen kunt komen. DVD-schijven kunnen, in tegenstelling tot cd's, aan beide kanten beschreven worden en maximaal liefst 13 GAB aan data bevatten.

DX
Deze term duidt op de automatische instelling van de filmgevoeligheid (bijvoorbeeld een 100, 200 of 400 ISO film). Alleen camera's die deze mogelijkheid hebben, stellen de filmgevoeligheid automatisch in.



E

EPS (Encapsulated PostScript)
Een standaard bestandsformaat voor tekeningen, afbeeldingen of volledig opgemaakte pagina's. Een EPS-bestand (meestal inclusief een schermvoorbeeld met lage resolutie) bevat alle gegevens die nodig zijn om het bestand op te nemen in een ander document of een andere applicatie.

EXIF (EXchangeable Image File)
Dit bestandsformaat is ontwikkeld door de Japan Electronic Industry Development Association en dient voor de opslag van extra informatie in een grafisch bestand. EXIF-informatie bestaat vooral uit camera- en opnamegegevens (zoals de sluitertijd en het diafragma ten tijde van de opname). De informatie wordt opgeslagen in de 'header' van een JPEG-afbeelding en is met behulp van speciale software leesbaar te maken.

Exposure Value (EV)
Dit betekent lichtwaarde. Berekening van belichting voor camera's waar diafragma en sluitertijd aan elkaar zijn gekoppeld.

Extern geheugen
Opslagmedium. Bijv: harde schijf, diskette.


F

F-getal
Een schaal van getallen die de grootte van het diafragma aangeven, bijvoorbeeld F2.8, F4, F5.6, F8 etc. Een aantal stapjes van een diafragmagetal naar een andere wordt ook wel stops genoemd. Het getal is afgeleid van de lensopening. Hoe groter het F-getal, hoe kleiner de opening en hoe minder licht er op de film valt. Zie ook: scherptediepte, diafragma.

Filter
Bij fotograferen kunt u een filter aanbrengen op de lens van een camera om een speciaal effect te krijgen. Op basis hiervan is er een groot scala aan digitale hulpmiddelen voor manipulatie ontwikkeld die ook filters worden genoemd. Met digitale filters kunt u afbeeldingen scherper maken of vervormen, of speciale effecten toevoegen zoals vervaging of verschillende kleurdichtheden. Filters horen tot de elementaire hulpmiddelen voor digitale beeldbewerking.

Flitserschoen
Een slede boven op de camera om een flitser in te bevestigen. Er zitten elektronische contacten in, die aangesloten worden op de contacten onder de flitser. De contacten worden gebruikt voor uitwisseling van gegevens tussen de camera en flitser en automatische flitsontlading wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.

Formaat of bestandsformaat
Een van de vele methoden voor het coderen, opslaan en weergeven van computergegevens. Bij een groot aantal bestandsformaten voor afbeeldingen zegt het suffix iets over de methode, bijvoorbeeld '.bmp', '.eps', '.jpg', '.gif' of '.tif'.

FireWire
Communicatiepoort voor computers en randapparatuur. Met FireWire is een nog hogere communicatiesnelheid haalbaar dan met USB-poorten, maar deze standaard wordt (nog) weinig gebruikt. FireWire werd speciaal voor foto- en videobewerking ontwikkeld. U vindt tegenwoordig FireWire aansluitingen op diverse computers en op diverse digitale camera's. Andere benamingen die voor FireWire gebruikt worden zijn iLink en IEEE 1394.

Fixed Focus/Focus Free
Bij deze camera's hoeft ook geen afstand ingesteld te worden. Dankzij de groothoeklens wordt alles binnen het kader scherp gesteld mits het op minimaal 1,5 meter van de lens is.

Flitsmogelijkheden
Steeds meer camera`s hebben de mogelijkheid om de flitser bewust uit of aan te zetten. Er kan zich een situatie voordoen dat het onderwerp in de schaduw staat en u in het zonlicht. De camera vangt het zonlicht op en zal niet flitsen. Gevolg is dat de persoon die gefotografeerd is, te donker (onderbelicht) op de foto komt. U kunt dit opvangen door de flitser in te schakelen. Zo kunnen zich ook situaties voordoen waar u niet wilt flitsen; de flitser kan dan uitgeschakeld worden.

Flitssynchronisatie
Bij avondopnamen kan de flitser zo worden ingesteld, dat de hoeveelheid omgevingslicht in balans is met de flitsverlichting van het hoofdonderwerp.


G

Geheugen
Populaire aanduiding voor het interne geheugen of werkgeheugen. Dit bevat de gegevens (programma's, documenten) waarmee de pc aan het werk is.

GIF (Grafics Interlaced File)
GIF is een bestandsformaat voor afbeeldingen. De kwaliteit is eigenlijk te laag voor fotografie. GIF afbeeldingen worden wel veelvuldig gebruikt op internet, net als JPEG files. GIF files kunnen echter, in tegenstelling tot JPEG files, ook transparant zijn.


H

HAD CCD (Hole-Accumulation Diode)
Techniek ontwikkeld door Sony. Heeft een verhoogde lichtgevoeligheid en kan meer licht per pixel opnemen. Met deze sensor kan een hogere resolutie bereikt worden, van 5 megapixel. Sony heeft ook de nóg sterkere Super HAD CCD ontwikkeld.

Histogram
Een histogram is een staafdiagram waarmee wordt aangegeven hoeveel pixels van elke licht- of toonwaarde in een opname aanwezig zijn. Op de x-as worden de toonwaarden in 256 stappen weergegeven, op de y-as het aantal pixels met een bepaalde toonwaarde. Met een dergelijke grafiek kunt u snel zien of de lichtverdeling in de opname in orde is. Bepaalde digitale camera's beschikken over een ingebouwd histogram, dat via een display bekeken kan worden voordat de opname wordt gemaakt.


I

IEEE 1394
De zgn. IEEE 1394 communicatiepoort is een FireWire aansluiting.

iLink
De iLink ingang/uitgang op videorecorders is in feite een FireWire aansluiting.

Infrarood
Meestal gebruikt voor de gegevensuitwisseling tussen een notebook en een bureaucomputer. Werkt net zo als een tv-afstandsbediening en maakt gebruik van onzichtbaar (infrarood) licht. Ook wel genoemd IrDA.

Interface
Verbinding tussen de zelfstandige onderdelen van een computer of tussen afzonderlijke apparatuur. Het is soms een apart apparaat. Een interface wordt ook wel koppeling of aansluiting genoemd. De programma's die verschillende toepassingen met elkaar verbinden worden ook interfaces genoemd. In dat geval is er sprake van een programmatuurinterface. Een interface dient om verschillen tussen componenten op te vangen.

Interpolatie
Een functie die aanwezig is op de meeste digitale camera's en die zorgt voor het automatisch invullen van 'ontbrekende' kleurgegevens. De informatie wordt afgeleid uit de kleursamenstelling van pixels in aangrenzende gebieden. Het effect is een afbeelding met een hogere resolutie dan in werkelijkheid het geval is.

Invulflits, automatische invulflits
De flitser ontbrandt zelfs indien voldoende licht aanwezig is, dit om te donkere schaduwen te voorkomen, vooral bij portretopnamen en opnamen in de volle zon.

IR-poort
Ook: infrarood oog. Ingebouwde communicatiepoort in bijvoorbeeld een PDA, laptop of printer, waarmee via infraroodgegevens kunnen worden ontvangen en verstuurd.

ISO (International Standardisation Organisation)
De term ISO staat voor de filmgevoeligheid van negatief- en diafilms. Aangezien digitale camera’s niet met films werken, vervalt ook het begrip filmgevoeligheid. Om de gebruiker toch een goed idee te geven van de lichtgevoeligheid van de camera wordt het equivalent van filmgevoeligheid nog steeds in ISO waarden uitgedrukt. Zo kan een camera een vaste instelling op 200 ISO hebben, of de mogelijkheid bieden gevoeligheid naar keuze in te stellen. Ook de CCD in de digitale camera kan met een ISO-waarde worden aangeduid. 400 ISO is vier keer lichtgevoeliger dan 100 ISO.




J

JPEG (Joint Photographers Expert Group)
Bestandsformaat voor foto's. Maakt gebruik van compressietechnieken. JPEG bestanden kunnen groot of klein zijn, afhankelijk van de mate van compressie.


K

Kbps
Afkorting van: kilobytes per seconde. Meeteenheid voor bandbreedte, oftewel de snelheid van gegevensoverdracht.

Kleurtemperatuur
De kleur van licht in graden Kelvin. Daglicht komt ongeveer overeen met 6500 ° K (Kelvin). Een gloeilamp heeft een lagere kleurtemperatuur, maar de kleur wordt omschreven als 'warmer'. Door het gebruik van filters kan de kleurtemperatuur van licht worden gewijzigd.


L

Landscape
Manier van afdrukken waarbij de lange zijde horizontaal ligt.

LCD (Liquid Chrystal Display
Beeldscherm op de camera die dienst kan doen als zoeker, de mogelijkheid biedt reeds genomen foto's te bekijken en u helpt bij het instellen van diverse functies van de camera.

LED (Light Emitting Diode)
Dit is een zuinig halfgeleiderlampje, dat wordt gebruikt in o.a. afstandsbediening en rekenmachines, maar ook in camera’s om het scherpstelpunt aan te geven.

Lens
De optische component van een camera, waarmee licht wordt gericht op de film of de CCD. Hoewel de kwaliteit van de lens vaak wordt genegeerd, is deze op een digitale camera even belangrijk als op een traditionele camera.
Berekening van belichting voor camera's waar diafragma en sluitertijd aan elkaar zijn gekoppeld.

Li-Ion batterij (Lithium Ion)
Oplaadbare batterij. Levert twee keer zoveel energie als een NiMH batterij. Is daarom ook duurder in aanschaf. De batterij heeft geen gangbare AA afmeting en heeft een eigen oplader nodig.

Lithium batterij
Niet-oplaadbare batterij. Heeft geen zelfontlading en is daarom geschikt als reservebatterij of voor een losse flitser. Is wel vrij prijzig.

M

Macrofotografie
Een andere naam voor 'close-up' fotografie. De meeste camera's kunnen niet scherpstellen als het onderwerp zich vlakbij de lens bevindt. Met een macrolens kunt u veel dichterbij komen.

mAH (MilliAmp-hours)
mAH staat voor milliampère per uur en is een maateenheid voor de hoeveelheid stroom die in een batterij kan worden opgeslagen. Hoe hoger het aantal milliampères, hoe meer stroom de batterij kan bevatten.

Magenta
Eén van de standaardkleuren die worden gebruikt bij kleurenafdrukken; maakt deel uit van het CMYK subtractieve kleurmodel.

Manipulatie
Een algemene term voor alle veranderingen die u aanbrengt in een afbeelding op uw computer. In feite doet u niets anders dan pixels veranderen of weghalen, maar in de praktijk kan dit neerkomen op het corrigeren van kleuren, bijsnijden, scherper maken, retoucheren of vervormen. Andere termen die in wezen hetzelfde aanduiden zijn beeldbewerking (image editing) en beeldverwerking (image processing).

Maskeren
Bepaalde delen van een afbeelding verbergen of verwijderen. Dit klinkt tamelijk simpel, maar in feite gaat het om één van de basisvaardigheden van digitale beeldbewerking. Nadat u een afbeelding gemaskeerd hebt, kunt u het gebied binnen of buiten het masker manipuleren. Een voorbeeld van het gebruik van maskers is het weghalen van rode ogen.

MB (Megabyte)
1024 kilobytes of 1.048.576 bytes aan digitale gegevens.

Megapixel
Als u op zoek bent naar een digitale camera, let dan op de omschrijving 'megapixel' of 'MP'. Dit wil zeggen dat de camera geschikt is voor beelden met een hoge resolutie, van minimaal 1 miljoen pixels. Is snel op weg om de standaard te worden voor alle camera's. Zie ook VGA en XGA.

Memory Stick
Door Sony ontwikkelde geheugenkaart. Deze kaarten zijn niet compatibel met andere merken.

Microdrive
Een harddisk door IBM ontwikkeld, wordt ook wel met CompactFlash type II aangeduid. Het is een medium met een hoge opslagcapaciteit, maar het verbruikt wel redelijk veel stroom en genereert wat warmte. Niet elke digitale camera met een CF type II slot kan met een Microdrive werken.

Monochroom
Het gebruik van zwart of één primaire kleur, namelijk cyaan, magenta of geel.

MPEG (Motion Picture Expert Group)
Transferformaat voor gecomprimeerde audio- en videodata. MPEG-1 wordt normaal gesproken gebruikt voor video met beeld van maximaal een kwart van de typische televisie-resolutie, MPEG-2 voor video op volledige formaat, MPEG-4 onder andere voor video met klein formaat met lagere datasnelheid en gestoorde trasnfer. Belangrijke compressiemechanismen zijn DCT en Motion Compensation. Voor audiocompressie zijn meerdere verschillende compexe 'layers' gedefinieerd. MPEG audio layer 3 is als internet-audioformaat MP3 bekend.

MultiMediaCard (MMC)
Een zeer kleine geheugenkaart, ter grootte van een postzegel. De kaart kan tot 64 Mb aan gegevens opslaan. Met een adapter kun je de kaart via de pc uitlezen.


N

Nachtmodus
Een functie op camera’s waarmee u foto’s kunt maken bij weinig licht. Foto’s maken in bijvoorbeeld de kroeg is dan geen probleem.

NiCD batterij(Nikkel Cadmium)
Het is een oplaadbaar batterij. Het cadmium is schadelijk voor het milieu en ze behouden minder lang hun elektrische lading dan de NiMH batterijen. Ook hebben ze meer last van het geheugeneffect (zie onder). Om dit te beperken moet je de batterijen helemaal ontladen en weer opladen, om minder geheugenverlies te krijgen.

NiMH batterij (Nikkel Metaal Hybride)
Het is een oplaadbaar batterij. Levert veertig procent meer energie dan een NiCD batterij en heeft weinig last van geheugeneffect. Je kan hem alleen niet een maand ongebruikt laten liggen. Dan is de batterij leeggelopen.


O

Objectief (zoom & tele)
Een objectief wordt ingedeeld naar z'n brandpuntsafstand. Objectieven met een korte brandpuntsafstand (<35> 75 mm) wordt teleobjectief genoemd: de beeldhoek is klein en het onderwerp lijkt dichterbij. Een objectief met een normale brandpuntsafstand (tussen 35 en 75 mm) heeft een normale beeldhoek (vergelijkbaar met het oog) en vertekent het beeld niet.
Objectief met een vast brandpunt
Een objectief met een vaste brandpuntsafstand heeft een vaste beeldhoek, dit in tegenstelling tot een zoomobjectief. Objectieven met een vaste brandpuntsafstand genieten de voorkeur van sommige fotografen vanwege de grotere lichtsterkte. De beelden zijn vaak contrastrijker en scherper.
Onderbelichting
Op een onderbelichte foto zijn details lastig te zien doordat bij de opname te weinig licht is gebruikt. Onderbelichting is het tegenovergestelde van overbelichting.
Onderwerpprogramma’s
Het Automatische Onderwerp Programma Selectie analyseert de omgevingsfactoren en herkent en selecteert het beste Digitale Onderwerp Programma: portret, sport & actie, landschappen, zonsondergang of nacht portret. Op het LCD scherm wordt aangegeven voor welke programmastand is gekozen. In minder specifieke situaties kiest de camera voor een geprogrammeerde automatische belichting die past bij de omgeving. Door deze functie is het niet meer nodig om zelf handmatig een programmastand te kiezen. De camera garandeert automatisch het best mogelijke resultaat.
Oogstartfunctie
Zodra de camera voor het oog wordt genomen, activeren sensoren in de handgreep en sensoren onder het zoekeroculair de automatische scherpstelling en belichting. Daardoor is de uw camera altijd direct klaar voor opname. Omdat via de oogstart functie het AF-systeem actief blijft zolang u door de zoeker kijkt, en dus zonder dat steeds de ontspanknop hoeft te worden geactiveerd, is er sprake van een vrijwel constante automatische scherpstelling, waarbij bewegende onderwerpen voortdurend scherp in beeld worden gehouden. Een belangrijk voordeel bij het vastleggen van onverwachte acties. De oogstartfunctie kan met een duidelijke schakelaar op elk gewenst moment worden in- of uitgeschakeld.
Optische zoom
Zoomen is het veranderen van de brandpuntsafstand van een objectief. Je zoomt van groothoek naar telelens en terug. Je kunt voorwerpen dichterbij halen door maximaal in te zoomen. Bij optische zoom wordt dit gedaan door een zoomobjectief van een camera. Er treedt geen kwaliteitsverlies op.
Overbelichting
Een foto is 'overbelicht' wanneer deze te bleek is en te weinig details vertoont. Dit gebeurt als er te veel licht door de lens wordt doorgelaten. Overbelichting kan ook met opzet worden toegepast om een bepaald effect te bereiken.


P

Parallax
Doordat een optische zoeker en het objectief op enige afstand van elkaar zitten, stemmen de beelden die ze vormen niet honderd procent overeen; dit verschijnsel wordt parallax of beeldverschuiving genoemd. Op korte afstanden tot het onderwerp kan dit leiden tot verkeerde beelduitsneden; de afwijking is sterker naarmate er meer wordt ingezoomd. Gebruik in dergelijke gevallen de LCD monitor om de beelduitsnede te bepalen; omdat het objectief het beeld vormt dat op de LCD monitor verschijnt treedt er geen parallax op.
Parallelle poort
Aansluitingsnorm die meestal wordt gebruikt om een printer aan te sturen. De gegevens worden via 8 lijnen parallel verzonden. In principe is via deze poort alleen maar éénrichtingsverkeer mogelijk. Via de parallelle poort worden hele bytes tegelijk uitgewisseld (1 byte is 8 bits), waardoor de communicatie snel verloopt.

Pixel
Dit is een beeldelement. Digitale afbeeldingen bestaan uit aangrenzende pixels die ieder een eigen kleur of toon hebben. Voor het oog vloeien de verschillend gekleurde pixels samen tot continue kleurtonen.
Platform
Een ander woord voor computerbesturingssysteem. Een besturingssysteem vormt een gemeenschappelijk platform voor de software. Zo zorgt dit systeem ervoor dat bestanden door verschillende programma's op dezelfde manier worden opgeslagen, zodat deze bestanden op dezelfde schijf kunnen staan. Daarnaast bevat een besturingssysteem voorzieningen om taken te verrichten die buiten bepaalde toepassingen uitgevoerd moeten worden, zoals bestanden verwijderen en kopiëren, een lijst met bestanden bekijken en een verzameling commando's vanuit een batchbestand uitvoeren. Voorbeelden van bekende platforms zijn: DOS, Windows, Linux, Unix, Apple en OS/2.
PPI (Pixels per Inch)
Het aantal pixels per vierkante inch (1 inch is ca. 2,6 cm). Deze term wordt gebruikt om aan te geven uit hoeveel pixels een bijvoorbeeld een foto, videobeeld of een computermonitor bestaat. Verwar PPI niet met DPI. DPI (Dots Per Inch) is een term die wordt gebruikt in combinatie met printers en scanners om aan te geven uit hoeveel beeldpunten per inch een afbeelding bestaat die wordt geprint of gescand.


Q


R
RAW
RAW staat voor een ruw, onbewerkt bestandsformaat dat direct afkomstig is van de beeldsensor. In feite is het een soort digitaal 'negatief'. Door middel van een bij de camera meegeleverde RAW-converter kan de digitale fotograaf op zijn of haar computer dit ruwe beeldformaat omzetten naar een bruikbare JPEG of TIFF.
Resolutie
Een term om de kwaliteit en scherpte van het beeld uit te drukken. De resolutie geeft het aantal pixels (puntjes) op het scherm weer. Hoe hoger de resolutie, hoe beter de kwaliteit van het beeld. Het wordt opgegeven als lengte x breedte of als een getal waarbij lengte en breedte zijn vermenigvuldigd en het bepaalt in belangrijke mate de scherpte van de foto.
VGA resolutie = 640x480 pixels
XVGA resolutie = 1024x768 pixels
VGA en XVGA zijn resoluties die veel worden gebruikt en zijn standaardresoluties voor computermonitors. Een foto genomen met een resolutie van 1024x768 pixels zal dan ook beeldvullend worden weergegeven op een XVGA monitor. Echt kwalitatief goede foto's, en vooral print-outs daarvan, vereisen echter hogere resoluties. De huidige maatstaf voor topkwaliteit ligt bij ca. 3,3 miljoen pixels.
RGB (Rood, Groen en Blauw)
Op een monitor wordt kleur geproduceerd door licht op het scherm te mengen. Alle kleuren die u ziet (zelfs bij de instelling 'miljoenen kleuren') worden met deze drie kleuren gemaakt. Ook digitale camera's maken gebruik van RGB voor het vastleggen van kleuren.
Richtgetal
Het richtgetal van een flitser bepaalt de lichtopbrengst en is gelijk aan het product van de afstand (flitser tot object) en het benodigde diafragma. Bij een richtgetal van 45 is een diafragma f45 nodig om op een meter afstand van het object een correct belichte opname te kunnen maken. Het richtgetal werkt met de volgende formule: richtgetal = afstand x diafragma. Richtgetallen zijn altijd gedefinieerd bij 100 ISO.
Rode ogen
Met rode ogen wordt het effect aangeduid dat optreedt in foto's waar de pupillen van de ogen een rode kleur krijgen. De rode kleur verschijnt als de pupil verwijd is. Maar ook als in een omgeving met weinig licht het flitslicht op het netvlies achter in het oog valt. Dan wordt het licht door de wijd geopende pupil weerspiegeld. (Zie ook Rode-ogen-reductie)
Rode-ogen-reductie
Veel camera’s hebben de mogelijkheid om een vermindering van rode ogen te realiseren. Let wel: het is een vermindering. Voordat de opname met flits gemaakt wordt, gaat een lampje oplichten of geeft de flitser een zogenaamde pre-flits. Gevolg hiervan is dat de pupillen kleiner worden. Hierdoor vermindert het rode ogen effect op de foto.


S
Scanner
Een apparaat voor het digitaal vastleggen van een foto of document met behulp van een serie CCD's. U kunt niet alleen afbeeldingen en andere materialen op basis van papier scannen (zogenaamd 'reflectief' scannen), maar ook transparanten, mits de scanner over een speciale transparantenadapter beschikt. Een geavanceerder (en meestal duurder) alternatief is het gebruik van een filmscanner, die speciaal is ontworpen voor dia's en 35-mm negatieven.
Schermresolutie
Afhankelijk van uw beeldscherm(grootte) en uw videokaart kunt u hogere resoluties draaien. Hoe hoger de resolutie, des te scherper het beeld.
Scherpstellen
Het objectief stelt zichzelf automatisch scherp op het object in het midden van het beeld. De minimale opnameafstand is de afstand die u minimaal moet aanhouden tussen het onderwerp en de camera om een scherp beeld te krijgen. De maximale opnameafstand is oneindig.
Scherptediepte
Een maat voor de (on)scherpte van bepaalde delen van een afbeelding. Een kleine lensopening geeft een grote scherptediepte, waarbij objecten dichtbij en verder weg van de camera nog steeds scherp zijn. Met een kleine scherptediepte kunt u extreem scherpstellen op het onderwerp, terwijl de voor- en achtergrond onscherp zijn.
Secure Digital (SD)
Een speciale versie van de MultiMediaCard die gebruik maakt van cryptografie om de data op de geheugenkaart te beveiligen.
Self-timer
Ook wel zelfontspanner genoemd. Deze term geeft aan dat een opname gemaakt kan worden met een tijdsinterval van ongeveer 10 seconden. Na het instellen op de self-timer en de ontspanknop ingedrukt te hebben, wordt de opname na ongeveer 10 seconden gemaakt. Een goede mogelijkheid om een foto van jezelf of van een groep te nemen tijdens de vakantie.
Seriële poorten
Aansluitingsnorm om gegevens over en weer te kunnen verzenden. De gegevens worden bit voor bit verzonden. Deze norm is geschikt voor zowel verzenden als ontvangen. Veel gebruikt voor modems. Via de seriële poort wordt 1 bit tegelijk verzonden of ontvangen, zodat de communicatie veel langzamer gaat dan via de parallelle poort.
Sluiter
Een sluiter is een deksel die zich tijdens de opname opent om licht door te laten. De sluitertijd wordt berekend in fracties van seconden: 1/4 s, 1/60 s, 1/1000 s, enz. De belichtingstijd is afhankelijk van de filmgevoeligheid. Bij een lange sluitertijd mag het object zich niet bewegen, omdat anders de beroemde 'bewegingsonscherpte' ontstaat.
Sluitertijd
De sluitertijd wordt berekend in fracties van seconden: 1/4 s, 1/60 s, 1/1000 s, enz.
SmartMedia
Eén van de drie belangrijkste standaarden voor verwisselbare geheugenkaarten in digitale camera's. De andere zijn CompactFlash en PCMCIA-kaarten. U kunt afbeeldingen op de kaart opslaan totdat u besluit ze naar uw computer te downloaden. Als u een reservekaart bij u hebt, hoeft u dus nooit bang te zijn dat het geheugen van de camera vol raakt. Geheugenkaarten zijn in feite de filmrolletjes van de digitale camera. Hoeveel afbeeldingen u op een verwisselbare geheugenkaart kunt opslaan is afhankelijk van de grootte van de kaart, die kan variëren van 2 MB tot 1 GB, en de instelling van de 'kwaliteit'. Meestal kunt u kiezen uit drie kwaliteitsopties (bijv. Economy, Normal en Fine). Hoe hoger de instelling, hoe meer ruimte de afbeeldingen in beslag nemen.
Spotmeting
Het meten van een zeer klein oppervlak van licht, waarbij de omringende licht- en donkerpartijen niet worden meegenomen in de meting. Slechts een klein gedeelte is daarmee correct belicht
sRGB
Een Colour Management System (ontwikkeld door Hewlett-Packard en Microsoft) voor het optimaliseren van het gebruik van kleurenafbeeldingen in het volledige creatieve proces. sRGB biedt een gemeenschappelijk formaat voor het uitwisselen van kleurgegevens tussen verschillende apparaten. Het resultaat is dat uw afdruk exact gelijk is aan de afbeelding die u op het scherm hebt bewerkt.
Spraakherkenning (Voice Recognition)
Software die het mogelijk maakt om de menselijke stem te herkennen en erop te reageren. Er zijn hierbij 2 mogelijkheden. Het herkennen van commando's gekoppeld aan een persoon en het algemeen herkennen van commando's. Het algemeen herkennen van commando's vergt erg veel software en is erg moeilijk. Het persoonsgebonden herkennen van spraak is veel eenvoudiger, maar hiervoor moet je het de computer wel eerst leren (teach in).
Spiegelreflexcamera
Dit is een camera met een verstelbaar objectief. Bij het objectief van bv. 38-120 mm kan de camera ingesteld worden op 38 mm of op 120 mm. Dit zijn de uiterste standen: 38 mm is een groothoek stand, 120mm is een telestand. Op 38 mm krijgt men veel op de foto, deze stand wordt bv. gebruikt in huiskamers wanneer er op korte afstand veel mensen op de foto moeten. Op de telestand kunt u onderwerpen dichterbij halen. Alle standen tussen 38 en 120 kunnen ook gebruikt worden bv. 90 mm of 110 mm.
Stopwaarden
Dit is een belichtingseenheid.
Subject Tracking AF
Dit scherpstelsysteem stelt de beweging van het onderwerp binnen het AF-meetgebied vast en zorgt ervoor dat de verschillende AF-kaders het onderwerp volgen en scherp houden.
SuperCCD
Techniek door Fuji ontwikkelt, waarmee meer pixels geteld kunnen worden omdat het geheel in diamantvorm is opgezet. Met deze vorm van interpolatie kunnen nog meer megapixels worden bereikt.
Systeemeisen
Digitale camera's en de bijbehorende software stellen altijd bepaalde eisen aan uw computersysteem, zoals de hoeveelheid vrije ruimte op de harde schijf, het geheugen en natuurlijk het besturingssysteem.


T

TFT (Thin Film Transistor)
Deze beeldschermtechniek werkt met vloeibare kristallen. Ze wordt vooral gebruikt met vlakke schermen zoals in laptops of PDA's. Het beeld wordt er sneller door opgebouwd. Er wordt licht geproduceerd door een achtergrondverlichting die bestaat uit kleine lichtstaafjes en een folie die het licht gelijkmatig over de oppervlakte verdeeld. Dit licht wordt door meerdere miljoenen vloeibare kristalcellen gestuurd.
Thumbnails
Kleine voorafbeeldingen van digitale beelden. Vaak ter vervanging van het pictogram voor dat bestand. Thumbnails maken het terugvinden en herkennen van foto's aanzienlijk eenvoudiger.
TIFF (Tagged Image File Format)
Een bestandsformaat dat wordt gebruikt voor de uitwisseling van digitale beelden tussen apparatuur en computers. Het TIF-formaat is populair en wordt door de meeste grafische software en besturingssystemen ondersteund. Het formaat ondersteunt zowel het CMYK als het RGB-kleurmodel. Compressie zonder verlies, en foto's met 16,7 miljoen kleuren.
U
UFB (Ultra Fine Bright)
Het UFB display is meer dan drie keer zo groot en biedt een resolutie die twee keer zo helder is dan de huidige STN-LCD (Super Twisted Nematic LCD) displays.

USB (Universal Serial Bus)
Een seriële communicatiepoort die kan worden gebruikt voor het aansluiten van randapparatuur die hiervoor geschikt is, waaronder veel digitale camera's. Dit type poort is aanmerkelijk sneller dan de gebruikelijke COM poorten.
V

VGA (Video Graphics Array)
Analoge video aanstuurtechniek met een oplossend vermogen van 640 x 480 beeldpunten. Geschikt voor 16 kleuren bij 256 KByte geheugen op de kaart. Indien er 512 KByte geheugen op de kaart aanwezig is, wordt het kleurenpallet uitgebreid tot 256 kleuren.
Soorten:
- standaard VGA
- Enhanced VGA
- Super VGA
Verschillen tussen deze soorten worden bepaald door:
- snelheid
- aantal kleuren
- maximale resolutie

W

Warme kleuren
Rood, geel, oranje en andere kleuren waarin geel of rood overheerst.

Webcamera (webcam)
Een videocamera die live op het internet is aangesloten. De beelden zijn via het internet te zien.
Witbalans
De witbalans bepaalt welke kleur als wit moet worden beschouwd. Zo is het aandeel wit in de schaduw wat blauw en die bij gloeilampen vrij geel. TL-verlichting geeft weer een groene zweem. De witbalans van de camera kan zo worden ingesteld dat deze afwijkingen worden gecorrigeerd. Veel camera's kunnen dit ook automatisch.
Witpunt
Het punt op een gradatiecurve dat overeenkomt met zuiver wit. Door het corrigeren van de witbalans kan een opname een betere, natuurgetrouwe weergave geven van de werkelijke licht- en kleuromstandigheden. Dit is nodig omdat onze ogen zich automatisch aanpassen aan verschillende lichtomstandigheden, zoals een gloeilamp of direct zonlicht. Een handmatige witbalans zorgt ervoor dat het witpunt kan worden ingesteld door een wit object, zoals een vel papier, te meten.


X

xD-Picture Card
De xD-Picture Card - xD is afgeleid van eXtreme Digital - is een door Fujifilm en Olympus ontwikkelde ultracompacte geheugenkaart. Met afmetingen van 20x25x1,7 mm en een gewicht van 2 gram is het de kleinste en lichtste van alle op dit moment verkrijgbare geheugenkaarten. De xD-picture Card is leverbaar in geheugencapaciteiten van 16, 32, 64,128, 256 en 512 MB. Kaartjes 512 MB tot maar liefst 8 GB zijn in ontwikkeling.
XGA
XGA is een term, die wordt gebruikt voor de mate van resolutie van een digitale camera en valt halverwege tussen VGA- en Megapixel-resolutie. Een camera met XGA-resolutie legt 1024 x 768 pixels vast (1024 horizontaal en 768 verticaal), wat een totaal van meer dan 780.000 pixels geeft. Zeer geschikt voor afdrukken tot ongeveer 13 x 8 cm.


Y

Z
Zelfontspanner
Deze term geeft aan dat een opname gemaakt kan worden met een tijdsinterval van ongeveer 10 seconden; na het instellen op de self-timer en de ontspanknop ingedrukt te hebben, wordt de opname na ongeveer 10 seconden gemaakt. Een goede mogelijkheid om een foto van jezelf of van een groep te nemen tijdens de vakantie.
Zoeker
Digitale camera’s hebben altijd een beeldscherm (LCD) als zoeker. Sommige camera's bieden daarnaast een optische zoeker. Digitale spiegelreflexcamera's bieden altijd een optische zoeker (die u werkelijk, via een prisma en een spiegel, door het objectief van de camera laat kijken) en een beeldscherm.
Zoomlens
Een bepaald type cameralens met een variabele, instelbare brandpuntsafstand. Hiermee kan de fotograaf 'inzoomen' op een voorwerp op afstand. In software voor digitale beeldbewerking wordt zoomen gebruikt om delen van een afbeelding in close-up te bekijken.

Die hoort hier : http://www.nikon-club-nederland.nl/foru ... php?t=7462

[Fera Albi]

Zo Soulpic,
Daar heb je een hele lange lijst met afkortingen en hun verklaringen netjes geknipt en geplakt.
Het heeft alleen niets met het onderwerp te maken
Lezen kerel:

Hallo,
ben op zoek naar een leerzaam boek over fotografie.

Plaats liever niet de hele tekst, maar de link naar de originele lijst in het daarvoor bestemde sticky. (zie de link in de voorgaande posting van yoyo: Basisbegrippen Fotografie)

[Jaap Driest]

Boek?
Boek?

Wacht effe, heb ik wel eens van gehoord.
Iets van vroeger, geloof ik.

Nah ja, boeiuhhhhh.

[dirk-jan boon]

in mijn optiek is er niets mis met boeken over fotografie , maar het belangrijkste is en blijft foto's maken waar jij blij van wordt , als er anderen wat in zien is het mooi meegenomen elke dag leer je wat bij

Het vinden van een balans tussen wat je weet en wat je in praktijk brengt is wellicht het lastigste wat er is ..