werner de cort schreef:Erg mooie plaat, Marten, super...
Blijft een kwestie van smaak, maar mij lijkt een portret met de 85mm nog het mooiste....
Kijk, nu komen we op het punt waar ik op doel, en wat door weinigen wordt begrepen.
Als je zo pakweg dit portret bekijkt op normale kijkafstand van je monitor, valt die dikkere wang, dat grotere oor en dat kleine rechterhandje op als perspectivische vertekening, wat je dan als onnatuurlijk ervaart. Afgezien dat we tegenwoordig dat soort perspectivische vertekeningen al makkelijker accepteren.
Ga dezelfde foto nu eens bekijken
pal met je gezicht voor de monitor op slechts een paar cm er vandaan. Ook al kun je het plaatje dan wellicht wat minder scherp zien.
Je zult ontdekken dat het perspectief er dan volkomen reëel en
normaal uit ziet. Je bent alleen erg dicht bij die persoon. Je staat als het ware pal naast hem. Je kunt hem bijna wel zoenen (aarch

), maar het beeld
klopt.
Blaas je dit portret op tot een 70x105 cm afdruk, kun je er net iets verder vanaf gaan staan om het beeld juist te bekijken.
Blaas je de afbeelding op tot een levensgrote afbeelding, is de kijkafstand, precies de afstand die Marten ook had tijdens de opname toen hij naast de man stond en naar de man keek.
De lens bepaalt in dat geval alleen hoeveel er van die werkelijkheid er dan nog op komt. Een kleinere crop of meer van de omgeving eromheen.
Zou je een 85 mm lens gebruiken (als je die op die korte afstand kunt scherpstellen met bijv. een tussenring), heb je
EXACT dezelfde perspectivische vertekening, maar zie je wellicht slechts een klein gedeelte van het gezicht.
Dus of we een perspectief als vreemd vertekend of normaal ervaren is enkel afhankelijk van vergrotingsmaatstaf en kijkafstand.
Er is wat dat betreft één optimale match die kloppend is.
Vergrotingsmaatstaf / kijkafstand bij afbeelding --versus dezelfde verhouding--
werkelijkheid / onderwerpsafstand bij opname.
Dat we in eerste instantie ons misschien minder "prettig" voelen om bij de meeste personen zo dicht op iemands lip te hangen, is een menselijk psychologische kwestie. Ieder is geneigd in de dagelijkse omvang met mensen een bepaalde afstand te bewaren. Kijk maar eens in een bioscoop als er nog ruimte genoeg over is. De meeste mensen die plaats nemen laten een lege stoel over met de volgende bezoeker. Da's een "veilige" afstand. Pas als er zodanig weinig ruimte is of we zijn met een heel groepje van bekenden (die zelf juist naast elkaar willen zitten), worden dat soort psychologische "barrières" met een vreemde buurman aan de kant geschoven.
Die "veilige" afstand tot mensen maakt ook dat we doorgaans niet pal dichtbij een portret een opname gaan schieten, maar ook hier minimaal die sociaal bepaalde veilige afstand in acht nemen. Gerelateerd aan die afstand kiezen we daarbij dan meestal juist dat brandpunt die voor een portret bijv. niet de omgeving erop laat staan.
Bij een kop/schouder portret (zoals een oude 3/4 pasfoto) en een afstand van pakweg 110-125 cm is de brandpunt die erbij past dan 85 mm bij vol kleinbeeld / FX. Probeer het maar eens.