1. bij opnamen met geen of weinig licht
Als je ‘s nachts wilt gaan fotograferen met het weinige beschikbare licht, dan kun je niet zonder statief. Maar ook bij zonsopgang of zonsondergang is een statief onontbeerlijk. Met een statief voorkom je camera trillingen bij langzame sluitertijden.
Als je een opname met een lange sluitertijd moet maken. Lang is relatief, want de sluitertijd is afhankelijk van het gebruikte objectief. De basis regel is dat je een sluitertijd gebruikt dat gelijk is aan de lengte van je objectief. Dus met een 100 mm objectief ga je, om bewegingsonscherpte te voorkomen alleen sluitertijden gebruiken van 1/100 of sneller. Bij sluitertijden onder 1/60 gebruik je altijd een flitser of een statief, of beiden.
Als je een opname maakt met tele-objectieven van 200 millimeter en langer, moet je altijd een statief gebruiken. Een 200 mm met VR zit op de grens of een statief noodzakelijk is.
Bedenk dat je met een DX camera een factor 1,5 hebt van de objectief lengte. Met een 50mm werk je als met een 75mm. En moet de minimum sluitertijd dan ook 1/75 sec. zijn.
2. bij macro- of dichtbij opnamen
Met een camera in de hand en een IF macro objectief met VR wordt het wel steeds gemakkelijker om zonder statief aan de gang te gaan. Maar als je ook inhoud wilt geven aan je foto, als je een betere compositie wilt maken, gebruik een statief. Dicht bij een bloem komen is één. Scherpstellen op de meeldraden lukt ook nog wel zonder statief. Maar om dan ook nog te letten op de achtergrond, het licht, de compositie, vergeet het maar. Vaak zit je al dicht bij de grond, in een ongemakkelijke positie. Je krijgt moeite om je balans vast te houden. Laat staan om de camera stil te houden.
Bij de macro opnamen in het 1:1 bereik, hoef je soms maar een millimeter je camera te verschuiven om een vrijwel geheel andere opname te krijgen. De camera zo positioneren zonder statief, dat lukt niet. De fijnslijpers gebruiken op het statief nog een micro-rail.
3. bij actie en sportfotografie
Als het om het juiste moment gaat, dan zou het handig zijn als je camera met objectief al op de goede plek staat scherpgesteld. Met de vinger op de afdrukknop van camera of afstandsbediening, ben je klaar om op het goede moment af te drukken. Je waar de springer bij het polsstok-hoog-springen over de lat komt. Scherpstellen is vooraf veelal niet mogelijk omdat je dan gaat scherpstellen op de lucht achter de plek waar de springer over de lat heen gaat. Autofocus uit. Een sluitertijd van 1/1000 seconde minstens, en dan hopen op het goede moment. Als je camera zo rond de 10 opnamen per seconde kan maken, heb je kans dat er een goede bij zit. Met een statief onder je camera heb je geen zorgen meer om de voorbereidingen, dan gaat het alleen nog maar om het goede moment.
4. bij gebruik van teleobjectieven
Een teleobjectief heeft 2 nadelen. Groot en zwaar. Met een statief hoef je camera en objectief niet zelf te tillen. En met een statief hoef je je minder zorgen te maken of je wel een snelle sluitertijd hebt. Want met een 300 mm op een DX camera heb je normaal toch wel minstens een sluitertijd van 1/500 of sneller nodig.
En met een teleobjectief zie je maar weinig. Als je de camera iets anders vasthoudt heb je al een geheel ander beeld. Om precies je onderwerp uit te kunnen kadreren heb je juist bij teleobjectieven een statief nodig.
5. als je portretfoto’s maakt
Bij de portret fotografie gaat het om meerdere zaken. Je onderwerp moet scherp staan afgebeeld. Dat hoeft niet het gehele gelaat te zijn, dat kan ook alleen een oog zijn. Maar als een persoon een beetje beweegt, zit je met je AF sensor op de wang te meten, in plaats van op het oog. Gevolg is dat je AF geen contrast meer heeft en gaat pendelen op zoek naar scherpte. Alleen op te lossen door scherp te stellen en dan de AF uit te zetten. Met een statief kun je je ook concentreren op de juiste kadrering. En met een statief en afstandsbediening kun je je concentreren op je onderwerp. Voor een goed portret is er contact nodig tussen fotograaf en de geportretteerde. Dat gaat niet gemakkelijk met een camera voor je hoofd. Dat gaat niet gemakkelijk als je met een lang objectief werkt en op 5 meter afstand staat. Let daar eens op als je overlegt met een collega. Veelal heb je een goed contact als je op een afstand van anderhalf keer je armlengte staat. Heb je contact, dan druk je op de afstandsbediening als de oogopslag goed is, als er een glimlach verschijnt, als .... Zonder statief lukt dat nooit.
6. als je natuurfoto’s maakt
De vogel die de nestkast verlaat. De vogel die neerstrijkt op de stok voor de voederplaats. Het landschap dat beschenen wordt door de lage zon die de ochtendnevels uit elkaar trekt. Zonder statief lukt dat nooit.
7. als functionaliteit van belang is
Een statief kun je ook gebruiken voor filmopnamen met video. In een beetje actuele Nikon reflex zit al een video camera. En ook dan is concentratie van belang. Je maakt gemakkelijker meerdere shots vanaf de zelfde plek. Of met het zelfde onderwerp. En dan kun je later in de montage een verhaal vertellen.
Een statief kun je ook gebruiken om een of meerdere flitsers vast te houden. Met de CLS functie van je camera stuur je die flitsers draadloos aan. En dan kun jij om het onderwerp heen lopen. De flitsers zorgen voor een goede belichting.
Met een statief zet je een reflectie scherm op de juiste plek. Met een of meerdere klemmen waait je scherm niet weg.
Met een statief maak je gemakkelijk opnamen vanaf de grond, of vanuit de lucht. Gebruik iets als een beweegbare monitor op de camera, een hoekzoeker op het oculair of een draadloze monitor die je het Live-beeld laat zien van de camera.

slechts een voorbeeld, het kan ook met een kabel.
8. meer creativiteit
Ergens geeft een statief een beperking, je moet er mee sjouwen, je kunt niet snel een plaat schieten. Maar door die beperking krijg je meer creativiteit. Elk nadeel heeft z’n voordeel. Door met een statief te werken breng je de snelheid in je fotograferen omlaag. Je krijgt meer tijd. En je hebt tijd nodig om op storende elementen in de achtergrond te letten. Je hebt tijd nodig om tot een optimale kadrering van je onderwerp te komen. Het vraagt beschouwingstijd om te bedenken dat een invoerende lijn met een ander objectief beter tot zijn recht komt. Met meer tijd kun je ook oplossingen bedenken om het licht wat op te helderen middels flits of reflectiescherm. En met een statief zijn die dingen weer gemakkelijk in de hand te houden.