Bericht
door Gino » di mei 08 2007 6:02 pm
Hoi,
Inderdaad erg mooie foto's van een geschiedkundig heel indrukwekkende plaats.
Vooral de Tiger I is heel mooi, alleen jammer dat deze niet meer het originele camouflagepatroon heeft maar daar kan je als fotograaf natuurlijk niets aan doen.
Misschien off topic maar hier nog wat interessante informatie over de Tigers.
De opvolger van deze tank die aan het eind van de oorlog nog door de Duitsers ingezet werd is nog indrukwekkender.
Daar waren wel 5 Sherman tanks voor nodig om 1 Königstiger mee klein te krijgen.
De PzKpfw VI Tiger, ook wel bekend als de Tiger I was zeer succesvol gebleken op het slagveld, maar er was een opvolger nodig omdat de Russen zwaardere tanks en antitankgeschut hadden ontwikkeld met krachtigere kanonnen. De Tiger I was namelijk niet uitgevoerd met een schuin aflopende bepantsering. Door de rechtopstaande bepantsering van de Tiger I konden pantserdoorborende granaten gemakkelijker door het pantser van de tank doordringen.
Daarom was er besloten tot het in productie nemen van een nieuwe zware tank, met dezelfde kenmerken als de Panther middelzware tank, die weer afgeleid was van de Russische T-34/76. De tank zou bekend worden onder de naam Königstiger of Tiger II. De officiële benaming van de nieuwe zware tank was echter Panzerkampfwagen VI Ausführung B., oftewel Sd. Kfz. 182. De Geallieerden gebruikten ook wel de naam Tiger II of King Tiger.
Begin 1943 startten de Duitse ingenieurs met het ontwikkelen van de Königstiger. In Januari 1943 had Hitler bevolen dat de tank met een 88mm-kanon uitgevoerd zou worden en dat de frontale bepantsering 150mm zou moeten gaan bedragen. De zijkanten van de Königstiger zouden een pantserdikte krijgen van 80mm. Zoals eerder vermeld werd er ook bevolen de bepantsering schuin af te laten lopen.
Net zoals bij de ontwikkeling van de PzKpfw VI Tiger kregen Porsche en Henschel de opdracht om afzonderlijk van elkaar een nieuw model te ontwikkelen. Porsche startte met twee projecten, die hetzelfde onderstel en dezelfde romp gebruikten. De plaatsing van de koepels was het enige verschil bij deze twee ontwerpen. Bij het ene ontwerp was de geschutskoepel in het midden geplaatst en bij de andere was de koepel aan de achterzijde geplaatst. Er werden trouwens alleen maar houten modellen gepresenteerd aan Hitler.
Henschels prototype was veel sneller klaar. Omdat de nood aan het front hoog was, werd overhaast besloten om dit ontwerp te gaan produceren. Er werden veel onderdelen gebruikt die ook op de Panther gebruikt zouden gaan worden. Dit was een gevolg van het besluit om de productie van tanks te standaardiseren in februari 1943. In oktober 1943 werd het houten model van Henschel gepresenteerd aan Hitler. Die besloot dat er drie prototypes gebouwd moesten worden.
De productie van de Königstiger begon in januari 1944 en eindigde in maart 1945. Er werden uiteindelijk maar 489 tanks geproduceerd. De fabriek in Kassel werd meerdere malen gebombardeerd door geallieerde vliegtuigen. Daardoor werd de productie van de Königstiger vertraagd en konden de oorspronkelijk bestelde 1500 tanks nooit afgeleverd worden.
De Tiger II werd aangedreven door een Maybach HL 230 P30 benzinemotor. De motor had 12 cilinders en een maximaal vermogen van 700 pk. De motor was zeer compact uitgevoerd. Deze motor werd ook gebruikt in de PzKpfw V Panther. Voor de Panther gaf deze motor voldoende vermogen maar voor de Königstiger was deze motor veel te licht. Daardoor lag de topsnelheid van de Tiger II maar op 38 km/u. Doordat de Königstiger zo zwaar was (meer dan 68000 kg) raakte de motor al snel oververhit op het slagveld. Voor het overbrengen van het motorkoppel op de versnellingsbak werd een meervoudige droge plaatkoppeling gebruikt. Als versnellingsbak werd een verbeterde wisselbak van de versie gebruikt in de PzKpfw VI Tiger. Deze Maybach versnellingsbak kon door de aanpassingen een groter motorkoppel overbrengen. En was dan ook minder gevoelig voor technische storingen. De Königstiger had een benzinetank met een inhoud van 860 liter en had een verbruik van 5 liter op 1 kilometer.
Het ophangingsysteem van de Königstiger was ook sterk verbeterd ten opzichte van de Tiger I. De ophanging was gemaakt van 9 sets van 2 wielen per zijde, 5 sets werden aan de buitenzijde geplaatst en 4 sets aan de binnenzijde. Doordat de wielen elkaar overlapten konden modder, sneeuw, ijs en stenen zich niet meer afzetten in het ophangingsysteem. De wielen waren gemaakt van staal en hadden een rubberen band rondom gemonteerd. Er werd door Henschel ook een sterk verbeterd (hydraulisch) besturingssysteem ontwikkeld. Net zoals bij de Tiger I werden twee soorten rupsen gebruikt. De eerste set rupsen was voor transportdoeleinden en hadden een breedte van 660mm. Deze moesten worden aangebracht anders paste de King Tiger niet op de speciale treinwagons. De tweede set rupsen waren bedoeld voor het slagveld en hadden een breedte van 800mm.
De behuizing was zwaar bepantserd en het pantser aan de voorzijde had een dikte van wel 100mm. De bepantsering aan de zijkant was 80mm dik en aan de achterkant ook 80mm. In het begin van de productie kreeg Krupp problemen met het vervaardigen van de geschutskoepel. Daarom kreeg Porsche de opdracht om 50 geschutskoepels te produceren. Zo had Porsche toch nog een order binnengehaald. De eerste 50 tanks werden dan ook uitgerust met de geschutskoepel van Porsche. Deze tanks kregen dan ook de naam Königstiger met Porsche-geschutskoepel. De Tiger II met de geschutskoepel van Porsche had aan de voorzijde een bepantsering van 110mm, aan de zijkant 80mm en aan de achterkant 80mm. De andere 439 tanks werden uitgerust met een geschutskoepel van Krupp. Deze tank werd dan ook de Königstiger met productiegeschutskoepel genoemd. De frontbepantsering had een dikte van 150mm, de zijkant had 80mm en de achterkant ook 80mm. Uit de gegevens is duidelijk af te leiden dat de geschutskoepel geproduceerd door Krupp een vele dikkere frontbepantsering had.
De bewapening van de Königstiger bestond uit een 88mm-kanon dat afgeleid was van het 88mm-luchtdoelgeschut. Het was daarentegen een langer en een krachtiger kanon dan het 88mm kanon dat op de PzKpfw VI Tiger gemonteerd was. Het was het KwK 43 L/71-kanon. Het kanon had een bereik van 10km. Voor de verdediging tegen aanvallen van infanterie werden 2 machinegeweren gebruikt van het type MG34 met een kaliber van 7,92mm. Er was ook een granaatwerper geïnstalleerd op de tank die eveneens bedoeld was voor doelen op korte afstand, genaamd de 90mm NbK 39.
In het veld werden de Königstigers ook vaak aangepast met een zogenaamde zimmeritlaag. Deze laag zorgde ervoor dat magneetbommen niet meer konden kleven aan de tank doordat er geen magnetisch veld gevormd zou kunnen worden. In de praktijk bleek dit echter niet echt te functioneren. Aan het eind van de oorlog werd deze laag dan ook achterwege gelaten.
De bemanning bestond uit 5 personen, namelijk de commandant, die de leiding had over de rest van de bemanning en de doelen uitzocht, de schutter die het kanon richtte en afschoot en de radiobediener communiceerde met de andere tanks van de compagnie of het bataljon. Tevens bediende hij het machinegeweer. De lader (her)laadde het kanon en kreeg ook instructies van de commandant of hij een pantserdoorborende granaat moest gebruiken of een brisantgranaat. Tenslotte was er nog de bestuurder van de tank.
Technische specificaties:
Uitvoering:
Panzerkampfwagen VI Tiger Ausf. B
Gewicht:
68900 kg (productie geschutskoepel)
68500 kg (Porsche geschutskoepel)
Bemanning:
5 man
Motor:
Maybach HL 230 P30, 12 cilinders, 700 pk
Snelheid:
35/38 km/u op de weg
17 km/u in het veld
Bereik:
110 km op de weg
Afmetingen:
Lengte: 7,26m
Breedte: 3,65m
Hoogte: 3,09m
Bewapening:
88mm KwK L/71 kanon
3 x 7.92mm MG34
NbK 39 90mm rookgranaatlanceerinrichting
Munitie:
88mm - 80 granaten (Porsche) 86 (Krupp)
7.92mm - 5850 patronen
Bepantsering:
Voorkant geschutskoepel Krupp: 180mm
Voorkant geschutskoepel Porsche: 60mm
Zijkant geschutskoepel Krupp: 80mm
Zijkant geschutskoepel Porsche: 80mm
Achterkant geschutskoepel Krupp: 80mm
Achterkant geschutskoepel Porsche: 80mm
Bovenkant geschutskoepel Krupp: 40mm
Bovenkant geschutskoepel Porsche: 40mm
Voorkant romp: 100mm
Zijkant romp: 80mm
Achterkant romp: 80mm
Bovenkant romp: 40mm
Onderkant romp (bodemplaat): 40mm
Productieaantal:
489 Stuks waarvan 50 met de Porsche geschutskoepel.
De Königstiger werd ingedeeld in zogenaamde zware tankcompagnieën en bataljons, zowel in de Waffen-SS als het reguliere Duitse leger. Een aantal nieuwe compagnieën en bataljons werden gevormd. Deze werden door de Duitsers Schwere Panzer Abteilungen genoemd. De meeste tanks waren echter vervangingen voor de PzKpfw VI Tiger. Zo'n 150 tanks werden ondergebracht in SS-pantserdivisies.
De Tiger II kreeg zijn vuurdoop in Minsk aan het oostfront in mei 1944. Op 5 juli 1944 vielen de eerste Königstigers in Russische handen tijdens gevechten in Polen. De Russen konden de King Tiger nu grondig bestuderen.
Twee compagnieën uitgerust met Königstigers kwamen in actie bij de invasie van de geallieerden in Normandië. Dit waren allemaal tanks uitgevoerd met een Porsche geschutskoepel. Hier bleken de tanks zeer onbetrouwbaar en het was inmiddels duidelijk dat het gewicht van de Königstiger veel te zwaar was voor de motor en de aandrijving. Tijdens de geallieerde luchtlandingactie Market Garden in 1944 verschenen er eveneens King Tigers op het slagveld rondom Arnhem. Hier bleken zij wel succesvol. In het Ardennenoffensief waren een aantal Tiger II tanks ingedeeld in Kampfgruppe Peiper. Op de smalle wegen was de Königstiger een slecht manoeuvreerbare tank en er waren ook grote problemen bij het oversteken van rivieren, omdat de bruggen het gewicht van de Tiger II niet konden dragen. De King Tiger vocht nog tot het einde van de oorlog.
Buitgemaakte King Tigers werden ook vaak door de Russen en de geallieerden gebruikt en in hun eigen pantserdivisies opgenomen.
De Königstiger was een formidabele tank en zeer moeilijk uit te schakelen voor de Russische en geallieerde legers. Zijn zeer krachtige kanon en zijn indrukwekkende bepantsering maakten van de Tiger II een beruchte tegenstander. Maar de tank had ook veel nadelen, voornamelijk zijn gewicht. Veel bruggen konden het gewicht van de tank niet aan. De motor en de aandrijving waren ook veel te licht uitgevoerd om het zware gewicht vooruit te krijgen. De King Tiger had dan ook voortdurend onderhoud nodig. Tevens had de Königstiger een ontzettend hoog verbruik en aangezien benzine schaars was in de laatste dagen van de oorlog stonden de tanks vaak stil.
Het onderstel van de Königstiger werd onder andere gebruikt voor het ontwikkelen van een tankjager en een afsleepvoertuig.
Mvg, Gino