george013 schreef:Maar is een afwijking van mn het voorste, schuifbare gedeelte op de ene stand beter of niet beter zichtbaar bij gebruike van dezelfde lens.
Dat maakt niet uit. Dat zie/ervaar je als "dezelfde" afwijking.
Standaards dicht bij elkaar ---> kleinere vergrotingsmaatstaf, staat er meer op het beeld, alles is kleiner afgebeeld.
Bij gebruik van een ruitjespatroon (met millimeterverdeling) zie je mogelijk wel meer ruitjes afwijken, maar in het grotere aantal aan afgebeelde ruitjes, is de afwijking "procentueel" gezien, een vast gegeven als afwijking.
Standaards ver uit elkaar ---> grotere vergrotingsmaatstaf, staat er minder op het beeld, alles is groot afgebeeld.
Je ziet minder ruitjes als geheel, het gaat om een kleiner gebied wat je ziet in de zoeker, je ziet beslist minder ruitjes afwijken, maar alles is naar verhouding meer uitvergroot. Procentueel gezien zie je dezelfde afwijking.
Die je dus ook even makkelijk of moeilijk zult opmerken als in het voorbeeld hierboven.
george013 schreef:
Wel kun je camera/balg combinatie met het gebruik van een langer brandpunt door een grotere onderwerpsafstand makkelijker "loodrecht" afregelen.
Wat je hier bedoeld is dat je de camera opstelt tov een vlak, ruitjespaper, dat je met een lens met een langere brandpuntsafstand meer kijk hebt op de zuiverheid van je opstelling? En daarna eventueel van lens verwisselen.
George
Betere uitlijning, maar geen brandpunt verwisselen. Dat gaat niet, want dan sta je te ver van je onderwerp af voor gebruik met die kortere brandpunt.
Gebruik van een langer brandpunt:
Als voorbeeld beredeneren we even andersom, gezien vanuit het platte onderwerp en makkelijk voor het begrip op papier te tekenen. Trek een rechte lijn als onderwerp (blauwe lijn in onderstaande afbeelding), in het midden een loodlijn (groene lijn), en vanuit hetzelfde punt vanaf het onderwerp een lijn die qua hoek wat afwijkt (rode lijn).
Dan kijken we langs de loodlijn verder weg vanaf het onderwerp.
Een kort brandpunt impliceert een korte onderwerpsafstand. Loodlijn en die andere lijn die net afwijkt zitten redelijk dicht bij elkaar, op een punt waar je nog redelijk dicht bij je onderwerp zit
Ga je verder weg van het onderwerp wijken die eerder getekende loodlijn en die andere lijn steeds meer van elkaar af.
Bij gebruik van een langer brandpunt, laten we zeggen twee keer zo groot, is de afwijking daarmee 2x zo groot.
Bij een brandpunt 3 keer zo groot als de eerste is de onderwerpsafstand ook 3x zo groot, idem de afwijking.
Praktisch gezien met die hele combinatie van camera en balg kun je bij de fysiek grotere afwijking bij een langer brandpunt die camera nauwkeuriger opstellen, wat zich vertaalt naar een betere "loodlijn" uitrichting, enerzijds.
Anderzijds, ondanks die grotere onderwerpsafstand kijk je naar dezelfde afmeting als onderwerp. De vergrotingsmaatstaf van het beeld is hetzelfde als bij gebruik van een korter brandpunt (en kortere onderwerpsafstand). Daarmee heb je de procentuele afwijking van het voorbeeld hier helemaal bovenaan doorbroken. Het perspectief is daarmee ook "platter" geworden.
Dat is een de truc die ook wordt toegepast om reproducties van schilderijen te maken. Makkelijker met een langer brandpunt dan met een korter. Bovendien heb je minder last van opgestelde verlichting die de randen van schilderijen meer kunnen doen glimmen.
