Misschien dat dit meer licht werpt op de zaak?!
Europese garantie wetgeving: 2 jaar garantie
De burger is er nog niet helemaal van op de hoogte, maar dat gaat vast veranderen als de Consumentenbond hier op gaat hameren. De minimum garantieperiode van twee jaar tegen fabrieksfouten geldt nu (per 1 januari) namelijk voor alle nieuwe aankopen binnen de Europese Unie.
Een nare mededeling, als je uitgaat van 6 maanden of een jaar garantie en ook in de contracten met de leveranciers als je daar afspraken over hebt. Want deze nieuwe "Brusselse" regeling geldt wel voor consumentaankopen, maar niet voor garantieverplichtingen hoger in het kanaal, als dealer zit je dus met een probleem als een leverancier niet meewerkt of zich van de domme houdt. De winkelier kan zich niet meer verschuilen achter de fabrikant. Dat maakt het voor de koper gemakkelijker om snel zijn recht te halen. Alleen onroerend goed zal niet onder de minimum-garantie vallen. Verder alles, van mixers tot auto's. Voor tweede hands-spullen is de minimumperiode beperkt tot een jaar.
Bewijslast bij problemen
Als een nieuw gekocht product of apparaat binnen zes maanden defect blijkt te zijn, dan hoeft de consument niet eens te bewijzen dat het euvel door een fabrieksfout is veroorzaakt. De bewijslast komt bij de verkoper te liggen. Is de consument niets te verwijten, dan moet de verkoper zorgen voor reparatie of vervanging of anders schadeloosstelling.
De vraag is nu of dit tot hogere prijzen gaat leiden? De overwegingen van de Europese Unie zijn duidelijk, bijvoorbeeld:
(2) Overwegende dat de interne markt een ruimte zonder binnengrenzen omvat, waarin het vrij verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd; dat het vrij verkeer van goederen niet alleen zit op transacties in het zakenleven, maar ook op transacties van particulieren; dat het inhoudt dat consumenten die in de ene lidstaat wonen op het grondgebied van een andere lidstaat goederen kunnen inkopen op basis van een eenvormig minimumpakket billijke voorschriften betreffende de verkoop van consumptiegoederen;
En verder:
(9) Overwegende dat tegenover de consument de verkoper rechtstreeks aansprakelijk moet zijn voor de overeenstemming van de goederen met de overeenkomst; dat deze oplossing van oudsher in de rechtsstelsels van de lidstaten voorkomt; dat de verkoper vrij moet blijven om onder de in het nationale recht geldende voorwaarden, verhaal te nemen op de producent, op een eerdere verkoper in dezelfde contractuele keten of op enig andere tussenpersoon, tenzij hij afstand heeft gedaan van zijn rechten; dat deze richtlijn het beginsel van contractvrijheid tussen verkoper, producent, eerdere verkoper of enige andere tussenpersoon onverlet laat; dat het nationale recht bepaalt op wie en hoe verhaal kan worden genomen;
Leidend tot onder meer Artikel 3:
Rechten van de consument
1. De verkoper is jegens de consument aansprakelijk voor elk gebrek aan overeenstemming dat bestaat bij de aflevering van de goederen.
2. In geval van gebrek aan overeenstemming, heeft de consument het recht dat de goederen kosteloos door herstelling of vervanging in overeenstemming worden gebracht, of dat de prijs op passende wijze wordt verminderd of dat de koopovereenkomst met betrekking tot deze goederen wordt ontbonden, overeenkomstig de leden 5 en 6.
3. In eerste instantie heeft de consument het recht om van de verkoper het kosteloze herstel of de kosteloze vervanging van de goederen te verlangen behalve als dat onmogelijk of buiten verhouding zou zijn.
Een vorm van genoegdoening wordt geacht buiten verhouding te zijn indien zij voor de verkoper kosten meebrengt die, vergeleken met de alternatieve vorm van genoegdoening onredelijk zijn, gelet op: de waarde die de goederen zonder het gebrek aan overeenstemming zouden hebben; de ernst van het gebrek aan overeenstemming en de vraag, of de alternatieve vorm van genoegdoening concreet mogelijk is zonder ernstig overlast voor de consument. Herstelling of vervanging moet, rekening houdend met de aard van de goederen en het gebruik van de goederen dat de consument wenste, binnen een redelijke termijn en zonder ernstige overlast voor de consument plaatsvinden.
4. De term "kosteloos" in de leden 2 en 3 heeft betrekking op de kosten die gemaakt moeten worden om de goederen in overeenstemming te brengen, met name de kosten van verzending, loon en materiaal.
5. De consument kan een passende prijsvermindering of de ontbinding van de koopovereenkomst verlangen: - indien hij geen aanspraak kan maken op herstelling of vervanging, of - indien de verkoper niet binnen een redelijke termijn tot genoegdoening is overgegaan, of - indien de verkoper niet zonder ernstige overlast voor de consument tot genoegdoening is overgegaan.
6. Ontbinding van de overeenkomst kan niet worden verlangd indien het gebrek aan overeenstemming van geringe betekenis is.
Nadere info: Richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen. Publikatieblad nr. L 171 van 07/07/1999 BLZ. 0012 - 0016
--------------------------------------------------------------------------------
Groetjes George