george013 schreef:
Het feit dat het begrip T-stop is geintroduceerd komt juist voort uit het grote verschil in lichtdoorbaarlaatheid van de verschillende lenzen. Die verschillen bestaan dus.
Verder begrepen dat de T-stop voornamelijk gebruikt wordt bij films. Een andere belichting in dezelfde omgeving veroorzaakt door een andere lens is natuurlijk uit den boze.
Zo groot zijn die verschillen nu juist
NIET (meer). Dat tonen de gegevens van Zeiss aan. Het verschil is daarbij bij alle objectieven
0.1 Dat het in vroeger tijden wellicht een groter verschil was, zal best. Film bestaat zelf ook al weer pakweg 100 jaar en de objectieven vroeger bij film hadden net als die bij fotografie niet zo'n beste coating. Bovendien gebruikte men bij film reeds veel langer dan bij fotografie erg complexe objectieven. Daar maakte het best nog wel verschil uit, had het voor film zeker wel zin om T-stops te gebruiken. De kwaliteit van coatings is inmiddels van een zodanige kwaliteit dat het in de normale fotografie te weinig verschil meer uitmaakt om daar rekening mee te hoeven houden. Zeker als je bedenkt dat de onnauwkeurigheden elders in het camerasysteem een stuk grotere verschillen teweeg brengen.
george013 schreef:
Camera op statief, beeld bepalen met de kleinste lens, A- of S-voorkeur, schieten. Andere lens erop, zelfde plaatje, zelfde instellingen en bekijk het verschil in sluitertijd of diafragma. Een tweede test met een vaste instelling is ook te doen en bekijk het verschil in belichting.
Juist
NIET een methode met de lens op A- of S-voorkeur. Dan betrek je namelijk de onnauwkeurigheden van het camera lichtmeetsysteem bij die testen en de keuzes die een camera maakt aan de hand van de lichtmeting. Kies ook
NIET een methode waarbij de camera het diafragma aanstuurt, want daar is het Nikon systeem van diafragma-aansturing via het palletje in de objectiefmond nu juist te onnauwkeurig voor.
Het resultaat wat je ziet is een optelling van al die onnauwkeurigheden bij elkaar, waarbij het verschil in transmissie van een objectief daarin juist het absoluut kleinste aandeel heeft.
Wil je zoveel mogelijk fouten en onnauwkeurigheden beperken, gebruik je
enkel een volledig manuele instelling.
Een vaste sluitertijd, en diafragma-instelling, diafragma niet met het instelwieltje op de camera, maar met de diafragmaring van het objectief, voor zover voorhanden. Een G-objectief die een dergelijke verstelling van het diafragma ontbeert, is mechanisch gezien per definitie te onnauwkeurig om te kunnen vertrouwen op een juiste diafragmasetting via de camera.
Dat gaat over simpel vensterglas, niet om optisch glas, dat maakt een erg groot verschil.
Ik kan me nog herinneren vroeger in de permanente technische tentoonstelling van het "Evoluon", dat daar een kolom was van een meter vensterglas, en een kolom van een meter optisch glas, met daarachter een kleurendia.
Die van het vensterglas gaf een sterk verkleurd beeld met in het glas een soort van breking als "slierten" alsof er een andere samenstelling was wat je wel eens in stroperige vloeistoffen kunt zien.
De meter kolom optisch glas was niet verkleurd, mooi transparant en geen vertekening van het beeld door de homogene samenstelling.
flitslicht schreef:Léon Obers schreef:
Die Link van Flistlicht geeft onbetrouwbare metingen en conclusies.
Ik ben heel benieuwd hoe je daar achter bent gekomen...
De erg uiteenlopende resultaten was al meteen reden tot wantrouwen. Zover lopen transmissies van objectieven die min of meer gelijkwaardige techniek in huis hebben, niet uiteen. Verder kun je er van uitgaan dat de techniek die Nikon gebruikt weinig anders is als van Zeiss of van andere merken.
De bewuste reactie bevat verder summier wat informatie dat lichtmeting van de camera is gebruikt. Dat is per definitie een verkeerde benadering. Je betrekt de fouten van het camera lichtmeetsysteem in het resultaat, zo niet de mechanische overbrengingen van het diafragma. Zie ook meer details hierboven, en wat ik al eerder heb aangehaald ten aanzien van het lichtmeten via een spiegel, die bovendien half transparant is in het midden.
De opmerking die jantom maakt over zijn 800mm lens is ook erg typerend voor de gebreken van het lichtmeetsysteem van een spiegelreflex.
"Maar met mijn 800mm objectief moest ik altijd wel een stop extra knijpen (of was het andersom). Dat had te maken met het feit dat de Nikon F een relatief kleine spiegel heeft en dan wil er een gedeelte van het licht niet meedoen aan de lichtmeting."
Ook het beoordelen van data van digitale bestanden is een verkeerde wijze van transmissie meten. Je betrekt de processing van opnamedata (met de eigenschappen van die processing) als resultaat van transmissie.
De enige werkelijke methode om transmissie te meten is zonder gebruik van een camera in een "laboratorium"-opstelling voor een lichtmeetinstrument. Dan meet je het verschil van lichtintensiteit van een lichtbron waarvan het licht door de lens komt en een opstelling zonder lens, dus rechtstreeks meten van de lichtbron.
flitslicht schreef:Die 'gebruiker op een foto-forum' is overigens wel een hoog gerespecteerde 'engineer' die er keer op keer blijk van geeft dat ze precies weet waar ze mee bezig is.
Gerespecteerd of niet, wat mij betreft is ze direct door de mand gevallen.
Tuihanti schreef:
Ik vraag me af waarom er nog niemand op het idee is gekomen om het diafragma en sluitertijd traploos te maken.
Dan zou je veel nauwkeurigere resultaten kunnen krijgen.
Op het gebied van de electronica zou dat geen probleem moeten zijn.
Bij een (half) automatische keuze door de camera gebeurde dat reeds jaren geleden traploos, en ik maak me sterk dat dat nu niet meer het geval zou zijn. Alleen worden de EXIF-
gegevens op 1/3 stop afgerond.
Verder zijn de handmatige instellingen wel in trapjes van 1/3 of 1/2 (afhankelijk van de voorkeursettings).